Op deze pagina staan de cijfers van de indicator 'Clublidmaatschap (Kernindicator) en sportbondleden'. Deze indicator wordt gebruikt voor het monitoren van de thema's Inclusie en diversiteit en Vaardig in bewegen van het Sportakkoord II.

Bron: Gezondheidsenquête/Leefstijlmonitor CBS Centraal Bureau voor de Statistiek (Centraal Bureau voor de Statistiek) en RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu)

Methode: Methoden en bronnen | Clublidmaatschap en Aantal leden van sportbonden

Nieuwe cijfers verwacht: 2026

NB Tot medio 2025 was de bron voor Clublidmaatschap de CBS-Vrijetijdsomnibus (VTO). Deze bron is gewijzigd naar de GE/LSM naar aanleiding van de evaluatie van de Kernindicatoren in 2023/2024. Op basis hiervan zijn enkele Kernindicatoren vervallen, gewijzigd of nieuw toegevoegd. Voor de cijfers voor clublidmaatschap van 2012-2022 uit de VTO, zie archief.

Cijfers van de indicator

Nationaal

Sla de grafiek Sportverband, 2016-2024* over en ga naar de datatabel

Kwart van de Nederlanders is lid van een sportvereniging

In 2024 was 24% van de Nederlandse bevolking van 4 jaar en ouder lid van een sportvereniging. Daarnaast had 24% van de bevolking en abonnement om te sporten, bijvoorbeeld voor een fitnesscentrum of zwembad.

De verschillen over de tijd van 2016 tot 2024 zijn klein. Voor het aandeel mensen dat lid is van een sportvereniging is het percentage min of meer gelijk gebleven. Voor het aandeel mensen met een abonnement om te sporten is een licht stijgende trend zichtbaar tussen 2016 en 2020, die in 2021 en 2022 werd onderbroken. Sinds 2023 is het cijfer weer vergelijkbaar met 2020.

Regionaal

Aandeel sportbondleden per gemeente

Lidmaatschap bij sportbonden per gemeente

De cijfers voor sportbondleden komen uit het Kennis Informatie Systeem Sport (KISS; bronhouder: NOC*NSF). De KISS-data wordt gebruikt om lidmaatschap cijfers te kunnen presenteren per gemeente. Dit is niet mogelijk op basis van de databron voor het landelijke cijfer voor de Kernindicator Clublidmaatschap (Gezondheidsenquête/Leefstijlmonitor). Daarom kunnen de sportbondcijfers verschillen van de Kernindicatorcijfers. 

4,3 miljoen sportbondleden in 2024

In 2024 waren 4,3 miljoen mensen lid van een of meer van de 76 bij NOC*NSF aangesloten sportbonden. Gemiddeld was 24,2% van de Nederlandse bevolking lid van één of meerdere sportbonden. Mensen met meerdere lidmaatschappen tellen maar één keer mee. Het gaat in 2023 om 5,3 miljoen lidmaatschappen verdeeld over 21.700 verenigingen.

In Limburg en Zeeland veel gemeenten met laag aandeel sportbondleden

In Limburg en Zeeland liggen relatief veel gemeenten met een gemiddeld lager percentage sportbondleden dan in de rest van Nederland. Gemeenten met het laagste percentage zijn Vaals, Heerlen en Kerkrade. Verspreid over Nederland zijn gemeenten te vinden met een hoog percentage sportbondleden. Gemeenten met de hoogste percentages sportbondleden zijn: Bloemendaal, Laren en Rozendaal, alle drie meer dan 40%. 

Voor meer cijfers per gemeente naar leeftijdsgroepen en cijfers voor elk van de top 10 sportbonden klik op de kaart.

Bron: NOC*NSF

Clublidmaatschap - verschillende groepen in de bevolking

Geslacht

Sla de grafiek Lidmaatschap sportverenigingen naar geslacht 2016-2024* over en ga naar de datatabel

Mannen vaker lid dan vrouwen

In 2024 waren mannen vaker lid van een sportvereniging (27%) dan vrouwen (19%). Dit beeld komt overeen met de eerdere meetjaren. De trend voor zowel mannen als vrouwen is stabiel sinds 2016.

Leeftijd

Sla de grafiek Lidmaatschap sportverenigingen naar leeftijd 2016-2024* over en ga naar de datatabel

Kinderen en jongeren veel vaker lid

In 2024 was ongeveer de helft van de kinderen (4 t/m 11 jaar, 49%) en jongeren (12 t/m 17 jaar, 51%) lid van een sportvereniging. Voor volwassenen en ouderen (65 jaar en ouder) ligt dit percentage veel lager, respectievelijk 20% en 12%.

Voor kinderen, volwassenen en ouderen geldt dat het aandeel dat lid is van een sportvereniging tussen 2016 en 2024 stabiel is gebleven. In de groep jongeren steeg het aandeel met een clublidmaatschap naar 57% en daalde tot 2020 naar 48%. In 2024 is het aandeel clublidleden weer verglijkbaar met 2016.

Opleidingsniveau

Sla de grafiek Lidmaatschap sportverenigingen naar opleidingsniveau 2016-2024* over en ga naar de datatabel

Mensen met hbo- of wo-diploma vaker lid

In 2024 waren ruim twee keer zo veel mensen met een hbo- of wo-diploma lid van een sportvereniging (23%) dan mensen met een vmbo-diploma of vergelijkbaar (9%). De groep mensen met een havo, vwo of mbo opleiding viel hiertussen met 16%. Voor alle opleidingsgroepen is de trend over tijd min of meer stabiel.

Langdurige aandoening/beperking

Sla de grafiek Lidmaatschap sportverenigingen naar langdurige aandoening/beperking 2016-2024* over en ga naar de datatabel

Mensen met een aandoening en/of beperking zijn minder vaak lid

In 2024 was een kwart van de Nederlandse bevolking van 4 jaar en ouder zonder langdurige aandoening of beperking lid van een sportverenging (25%). Dit aandeel is lager voor mensen die wel een aandoening en/of beperking hebben (7-15%).

Voor de groep mensen met een lichamelijke beperking (motorisch, auditief of visueel) fluctueert de lijn tussen 2016 en 2024, maar de trend is sinds 2016 gelijk gebleven, net als voor de overige groepen. Deze fluctuatie komt door het lage aantal personen waarvoor gegevens over lidmaatschap is verzameld.

Type aandoening

Sla de grafiek Lidmaatschap sportverenigingen naar type aandoening 2024 over en ga naar de datatabel

Mensen met diabetes minst vaak lid van sportvereniging

In 2024 was 13% van de mensen met minimaal één langdurige aandoening lid van een sportvereniging. Onder mensen met diabetes zijn de minste leden (7%). Ook zijn onder mensen met een gewrichtsontsteking, COPD, een depressie of een rugaandoening weinig sportverenigingsleden (respectievelijk 9%, 9%, 10%, en 10%).

Zie onderstaand Excelbestand voor eerdere meetjaren (vanaf eind augustus 2025).

Aan respondenten is van een aantal veel voorkomende ziekten/aandoeningen gevraagd of ze deze recent (nu of in de afgelopen 12 maanden) hebben gehad. Daarnaast is van een aantal langdurige ziekten gevraagd of ze ooit in het leven zijn vastgesteld (hartinfarct, diabetes, beroerte).

Type beperking

Sla de grafiek Lidmaatschap sportverenigingen naar type lichamelijke beperking 2016-2024* over en ga naar de datatabel

Verglijkbaar aandeel sportverenigingsleden onder mensen met beperking

In 2024 was 7% van de mensen met een motorische beperking lid van een sportvereniging. Voor mensen met een auditieve beperking of een visuele beperking was dit aandeel 9%. Dit beeld komt overeen met de eerdere meetjaren. Door het lage aantal personen in deze groepen fluctueren de lijnen iets over de jaren heen, maar voor alle groepen geldt dat de trend tussen 2016 en 2024 gelijk is gebleven.

Ervaren gezondheid

Sla de grafiek Lidmaatschap sportverenigingen naar ervaren gezondheid 2024 over en ga naar de datatabel

Meer clubleden onder mensen met goede ervaren gezondheid

In 2024 waren mensen met een goede ervaren gezondheid ruim vijf keer zo vaak lid van een sportvereniging als mensen met een (zeer) slechte ervaren gezondheid. Het aandeel sportverenigingsleden stijgt naarmate de ervaren gezondheid beter is. Dit komt overeen met eerdere meetjaren.

Zie het onderstaande Excelbestand voor eerdere meetjaren.

Angst- en depressiegevoelens

Sla de grafiek Lidmaatschap sportverenigingen naar angst- en depressiegevoelens 2024 over en ga naar de datatabel

Mensen met angst-/depressiegevoelens minder vaak lid van sportvereniging

In 2024 was 16% van de mensen met angst- of depressiegevoelens lid van een sportvereniging. Voor mensen zonder deze gevoelens was dit 24%. 

In 2024 is de definitie van psychische gezondheid gewijzigd, waardoor niets kan worden gezegd over de trend in de afgelopen jaren.

Overig

Download de overige uitsplitsingen

Lidmaatschap van een sportvereniging, een abonnement om te sporten of geen van beide is ook uitgesplitst  naar:

  • Herkomst
  • Burgerlijke staat
  • Huishoudsamenstelling
  • Maatschappelijke arbeidspositie
  • Geaardheid
  • Mate van verstedelijking
  • Mate van overgewicht
  • Voldoen aan de Beweegrichtlijnen
  • Wekelijkse sporters

Deze cijfers zijn te vinden in het Excelbestand dat hieronder te downloaden is (vanaf eind augustus 2025).

Lichamelijke beperking

Sla de grafiek Lidmaatschap sportverenigingen naar lichamelijke beperking 2016-2024 over en ga naar de datatabel

Mensen met lichamelijke beperking minder vaak lid

In 2024 was 7% van de mensen met een lichamelijke beperking lid van een sportvereniging. Onder mensen zonder lichamelijke beperking is dit aandeel ruim drie keer zo groot, namelijk 22%. Dit is vergelijkbaar met eerdere jaren. Het aandeel personen dat lid is van een sportvereniging is voor beide groepen sinds 2016 stabiel gebleven.

Huishoudinkomen

Sla de grafiek Lidmaatschap sportverenigingen naar huishoudinkomen, 2024* over en ga naar de datatabel

Mensen met een hoger inkomen vaker lid

Mensen met een hoger huishoudinkomen zijn vaker lid van een sportvereniging dan mensen met een lager inkomen. Het aandeel sportleden loopt op van 14% onder mensen met een inkomen uit kwintiel 1 (laagste inkomensgroep) tot 30% onder mensen met een inkomen uit kwintiel 5 (hoogste inkomensgroep).

* Cijfers voor eerdere meetjaren volgen later.

Huishoudinkomen*opleiding

Sla de grafiek Lidmaatschap sportverenigingen naar huishoudinkomen en opleiding, 2024 over en ga naar de datatabel

Meer sportleden onder wo'ers en hbo'ers met hoog inkomen

In 2024 waren mensen met een hoger inkomen in elke opleidingsgroep vaker lid van een sportvereniging dan mensen met een lager inkomen. Bovendien waren er verschillen tussen de opleidingsniveaus. Onder mensen met als hoogst behaalde onderwijsvorm vmbo of vergelijkbaar, is per inkomensgroep een kleiner aandeel lid van een sportvereniging dan onder mensen met een hbo- of wo opleiding. De groep mensen met als hoogste opleiding havo, vwo of mbo zit hier tussenin.

Herkomst

Sla de grafiek Lidmaatschap sportverenigingen naar herkomst, 2022-2024 over en ga naar de datatabel

Minder sportleden onder mensen die buiten Nederland zijn geboren

In 2024 was ongeveer een kwart van de mensen die in Nederland zijn geboren (met ouders al dan niet geboren in Nederland) lid van een sportvereniging (24-25%). Onder mensen die buiten Nederland zijn geboren, binnen of buiten Europa, was dit aandeel lager, namelijk 14-17%. Dit is vergelijkbaar met de eerdere twee meetjaren.

Herkomst*geslacht

Sla de grafiek Lidmaatschap sportverenigingen naar herkomst en geslacht, 2024 over en ga naar de datatabel

Mannen van elke herkomst vaker lid

In 2024 waren mannen van elke afkomst vaker lid van een sportvereniging dan vrouwen. Dit verschil was met name groot (en significant) onder mensen die zijn geboren in Nederland, met een herkomst binnen Nederland (mannen: 28%, vrouwen: 21%), of buiten Europa (mannen: 34%, vrouwen: 16%), en onder mensen die zijn geboren in het buitenland, binnen Europa (mannen: 23%, vrouwen: 11%).

Abonnement om te sporten - verschillende groepen in de bevolking

Geslacht

Sla de grafiek Abonnement om te sporten naar geslacht 2016-2024* over en ga naar de datatabel

Vrouwen iets vaker abonnement dan mannen

In 2024 had 26% van de vrouwen en meisjes en 23% van de mannen en jongens een abonnement om te sporten. Ook in de eerdere meetjaren hadden vrouwen vaker een abonnement om te sporten. De trend is in beide groepen sinds 2016 licht stijgend met een kleine dip in 2021 en 2022.

Leeftijd

Sla de grafiek Abonnement om te sporten naar leeftijd 2016-2024* over en ga naar de datatabel

Vaakst sportabonnement onder volwassenen

In 2024 had 30% van de volwassenen (18 t/m 64 jaar) een abonnement om te sporten. Dit is ruim twee keer zo veel als het aandeel 65-plussers (14%) en ruim drie keer zo veel als het aandeel kinderen (4 t/m 11 jaar) met een abonnement (10%).

Voor de volwassenen is tussen 2016 en 2024 een licht stijgende trend te zien. Voor jongeren en 65-plussers is de trend min of meer stabiel. In de groep 4 t/m 11 steeg tussen 2016 en 2020 het aandeel met een abonnement van 10% naar 18%. Sinds 2021 is clublidmaatschap onder kinderen weer op een vergelijkbaar niveau als in 2016.

Opleidingsniveau

Sla de grafiek Abonnement om te sporten naar opleidingsniveau 2016-2024* over en ga naar de datatabel

Vaker abonnement onder mensen met hbo- of wo-diploma

In 2024 hadden bijna drie keer zo veel mensen met een hbo- of wo-diploma een sportabonnement (34%) dan mensen met een vmbo-diploma of vergelijkbaar (12%). De groep mensen met een havo, vwo of mbo opleiding viel hiertussen met 23%.

Onder mensen met een middelbareschool- of mbo-diploma en mensen met een hbo- of wo-diploma is een licht stijgende trend te zien tussen 2016 en 2024. Voor mensen met ten hoogste een vmbo-diploma is de trend over tijd gelijk gebleven.

Langdurige aandoening/beperking

Sla de grafiek Abonnement om te sporten naar langdurige aandoening/beperking 2016-2024* over en ga naar de datatabel

Mensen met aandoening/beperking minder vaak abonnement

In 2024 had 10% van de mensen met een langdurige aandoening en een lichamelijke beperking een abonnement om te sporten, terwijl dit onder mensen zonder aandoening of beperking 29% was. Van de mensen met alleen een lichamelijke beperking had 17% een abonnement en van de mensen met alleen een langdurige aandoening had 24% een abonnement. Dit is in lijn met de cijfers uit eerdere meetjaren.

Tussen 2016 en 2024 is het aandeel personen met een abonnement onder mensen zonder een aandoening of beperking licht gestegen. Voor de overige categorieën is de trend sinds 2016 stabiel.

Type aandoening

Sla de grafiek Abonnement om te sporten naar type aandoening 2024 over en ga naar de datatabel

Mensen met beroerte of diabetes minst vaak abonnement voor sport

Van de mensen met minimaal één langdurige aandoening had 20% een abonnement om te sporten. Onder mensen die een beroerte hebben gehad, diabetes hebben of een hartaandoening hebben was dit aandeel het laagst, respectievelijk 12%, 12% en 13%.

Zie onderstaand Excelbestand voor eerdere meetjaren (volgt eind augustus 2025).

Aan respondenten is van een aantal veel voorkomende ziekten/aandoeningen gevraagd of ze deze recent (nu of in de afgelopen 12 maanden) hebben gehad. Daarnaast is van een aantal langdurige ziekten gevraagd of ze ooit in het leven zijn vastgesteld (hartinfarct, diabetes, beroerte).

Type beperking

Sla de grafiek Abonnement om te sporten naar type lichamelijke beperking 2016-2024* over en ga naar de datatabel

Geen verschil in aandeel mensen met abonnement per type beperking

Mensen met een motorische, auditieve of visuele beperking hadden in 2024 even vaak een abonnement om te sporten. Dit is vergelijkbaar meer eerdere meetjaren. Voor alle drie de groepen is de trend sinds 2016 min of meer stabiel.

Ervaren gezondheid

Sla de grafiek Abonnement om te sporten naar ervaren gezondheid 2024 over en ga naar de datatabel

Vaker sportabonnement onder mensen met een betere ervaren gezondheid

Onder mensen met een goede of zeer goede ervaren gezondheid had 27-29% een abonnement om te sporten. Voor mensen met een minder goede ervaren gezondheid ligt dit percentage lager ('gaat wel': 16%; '(zeer) slecht': 12%). Dit is vergelijkbaar met eerdere meetjaren.

Zie onderstaand Excelbestand voor eerdere meetjaren.

Angst- en depressiegevoelens

Sla de grafiek Abonnement om te sporten naar angst- en depressiegevoelens 2024 over en ga naar de datatabel

Mensen met of zonder angst- of depressiegevoelens even vaak abonnement

Mensen met angst- of depressiegevoelens hadden in 2024 even vaak een abonnement om te sporten als mensen zonder deze klachten (26%).

In 2024 is de definitie van psychische gezondheid gewijzigd, waardoor niets kan worden gezegd over de trend in de afgelopen jaren.

Overig

Download de overige uitsplitsingen

Lidmaatschap van een sportvereniging, een abonnement om te sporten of geen van beide is ook uitgesplitst  naar:

  • Herkomst
  • Burgerlijke staat
  • Huishoudsamenstelling
  • Maatschappelijke arbeidspositie
  • Geaardheid
  • Mate van verstedelijking
  • Mate van overgewicht
  • Voldoen aan de Beweegrichtlijnen
  • Wekelijkse sporters

Deze cijfers zijn te vinden in het Excelbestand dat hieronder te downloaden is (vanaf eind augustus 2025).

Lichamelijke beperking

Sla de grafiek Abonnement om te sporten naar lichamelijke beperking 2016-2024 over en ga naar de datatabel

Minder vaak abonnement onder mensen met lichamelijke beperking

In 2024 hadden ruim twee keer zoveel mensen zonder lichamelijke beperking een abonnement om te sporten (29%) ten opzichte van mensen met een lichamelijke beperking (12%). Dit is vergelijkbaar met eerdere jaren. De trend onder mensen met een abonnement is onder mensen met een lichamelijk beperking tussen 2016 en 2024 gelijk gebleven; voor mensen zonder lichamelijke beperking is een licht stijgende trend te zien.

Huishoudinkomen

Sla de grafiek Abonnement om te sporten naar huishoudinkomen, 2024* over en ga naar de datatabel

Mensen met een hoger inkomen vaker sportabonnement

In 2024 hadden mensen met een hoger huishoudinkomen vaker een abonnement om te sporten dan mensen met een lager inkomen. Het aandeel mensen met een sportabonnement liep op van 17% onder mensen met een inkomen uit kwintiel 1 of 2 (laagste inkomensgroepen) tot 33% onder mensen met een inkomen uit kwintiel 5 (hoogste inkomensgroep).

* Cijfers voor eerdere meetjaren volgen later.

Huishoudinkomen*opleiding

Sla de grafiek Abonnement om te sporten naar huishoudinkomen en opleiding, 2024 over en ga naar de datatabel

Mensen met basisonderwijs/vmbo-diploma én laag inkomen minst vaak abonnement

In 2024 hadden mensen met een hoger inkomen in elke opleidingsgroep vaker een abonnement om de sporten dan mensen met een lager inkomen. Het verschil tussen de inkomensgroepen was het kleinst onder mensen met een hbo- en wo-diploma. Daarnaast waren er verschillen tussen de opleidingsniveau; mensen met een vmbo opleiding of vergelijkbaar hadden per inkomensgroep minder vaak een sportabonnement dan mensen met een hbo- of wo opleiding, per inkomensgroep. De groep mensen met als hoogste opleiding havo, vwo of mbo zat hier tussenin.

Herkomst

Sla de grafiek Abonnement om te sporten naar herkomst, 2022-2024 over en ga naar de datatabel

Mensen met herkomst Europa minst vaak abonnement

In 2024 waren er kleine verschillen te zien in het aandeel mensen met een sportabonnement op basis van herkomst. Onder mensen die zijn geboren buiten Europa had het kleinste aandeel een abonnement om te sporten (20%). In de andere herkomstgroepen was dit aandeel ongeveer een kwart (25-26%). Dit is in lijn met eerdere meetjaren.

Herkomst*geslacht

Sla de grafiek Abonnement om te sporten naar herkomst en geslacht, 2024 over en ga naar de datatabel

Verschillen tussen geslacht op basis van herkomst

In 2024 was het aandeel mensen met een sportabonnement hoger onder vrouwen dan onder mannen die zijn geboren in Nederland, met een herkomst in Nederland (respectievelijk 26% en 23%). Ook vrouwen die zijn geboren in Nederland, met ouders uit een ander Europees land, hebben vaker een abonnement dan mannen met dezelfde herkomst, maar dit verschil is niet significant (dit kan deels worden verklaard door de lagere aantallen). Voor de overige herkomstgroepen geldt dat juist mannen (iets) vaker een abonnement hadden om te sporten dan vrouwen, maar ook deze verschillen zijn niet significant.

Meer informatie

Monitoring Sportakkoord II

De indicator op deze pagina wordt gebruikt om de voortgang van het Sportakkoord II (SAII) te monitoren. Het RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu) brengt lange-termijn-indicatoren in beeld, waarbij een verandering op de lange-termijn beoogd wordt. Deze cijfers kunnen niet direct worden verbonden aan de acties van het SAII, maar geven wel inzicht in de context van het thema. Voor een overzicht van alle thema’s en de bijbehorende indicatoren, zie de webpagina Monitoring Sportakkoord II of de publicatie Lange-termijn-indicatoren voor monitoring van Sportakkoord II.

Het thema Inclusie en diversiteit van het sportakkoord gaat over een sportsector die toegankelijk en laagdrempelig is: iedereen kan meedoen en er is kansengelijkheid in en door sport- en beweegdeelname. Op deze pagina staan de indicatoren die worden gebruikt om dit thema te monitoren.