Meer dan de helft van de Nederlanders volgt wekelijks sport via media

In 2024 volgde 56% van de Nederlanders van 6 jaar en ouder minimaal wekelijks sport via media zoals (online) kranten of tijdschriften, (online) radio of podcasts, sociale media, (online) televisie, en via (sport)websites en/of apps. Dit komt overeen met cijfers uit eerdere meetjaren. In 2012-2018 waren de vraagstelling en antwoordopties wel anders, namelijk: televisie, radio, kranten of tijdschriften. De trend over tijd van het aandeel Nederlanders dat sport volgt via media is stabiel (2012-2024).

De Sport Toekomstverkenning concludeert dat het volgen van sport via de media zal toenemen tot 2030.

*NB. De cijfers van 2012, 2014 en 2016 zijn in 2019 aangepast vanwege een nieuwe weging. Daarnaast is in 2020 door de coronacrisis het veldwerk anders verlopen dan normaal. Hierdoor zijn er minder face-to-face interviews afgenomen. Het is onbekend of deze aanpassingen de vergelijkbaarheid met eerdere metingen hebben beïnvloed. Door een wat tegenvallende respons van de face-to-face interviews in 2022 zijn extra respondenten benaderd voor de interviews. Een en ander had tot gevolg dat het veldwerk voor een kleine groep later plaatsvond (maart-mei 2023).

Kleine verschillen tussen landsdelen

In 2024 volgde Nederlanders van 6 jaar en ouder woonachtig in Noord-Nederland het vaakst wekelijks sport via media zoals (online) kranten of tijdschriften, (online) radio of podcasts, sociale media, (online) televisie, en via (sport)websites en/of apps. Dit beeld verschilt over de jaren. 

Tussen 2012 en 2024  is er een stabiele trend te zien voor alle gewesten, met kleine verschillen over de meetjaren.

Mannen volgen vaker sport dan vrouwen

In 2024 volgden  Nederlandse mannen van 6 jaar en ouder vaker sport via de media, zoals (online) kranten of tijdschriften, (online) radio of podcasts, sociale media, (online) televisie, en via (sport)websites en/of apps dan vrouwen. Het aandeel lag bij mannen ongeveer 1,5 keer hoger dan bij vrouwen; respectievelijk 68% en 45%. Dit komt overeen met cijfers uit eerdere meetjaren.

Volgen van sport via media populairst bij 65-plussers

In 2024 volgden Nederlandse 65-plussers het vaakst  sport via de media (66%), zoals (online) kranten of tijdschriften, (online) radio of podcasts, sociale media, (online) televisie, en via (sport)websites en/of apps, dan mensen jonger dan 65 jaar.  Kinderen (6 t/m 11 jaar) volgden het minst vaak sport via de media vergeleken met de andere leeftijdsgroepen (32%).

Hbo'ers en wo'ers volgen minder vaak sport via de media

In 2024 volgde 58% van de Nederlanders van 25 jaar en ouder met een hbo- of wo-diploma wekelijks of vaker sport via media zoals (online) kranten of tijdschriften, (online) radio of podcasts, sociale media, (online) televisie, en via (sport)websites en/of apps. Dit percentage is iets lager dan onder Nederlanders met basisonderwijs of een vmbo-diploma (61%). Dit beeld komt  overeen met eerdere meetjaren. Over de tijd zijn de trends per opleidingsgroep min of meer stabiel.

Mensen met een chronische aandoening volgen iets vaker sport via media

In 2024 volgde 66% van de Nederlanders  van 6 jaar en ouder met een chronische aandoening wekelijks of vaker sport via de media zoals (online) kranten of tijdschriften, (online) radio of podcasts, sociale media, (online) televisie, en via (sport)websites en/of apps. Dit is iets vaker dan Nederlanders zonder aandoening of beperking (55%). Dit beeld varieert over de meetjaren.