De indicator wekelijkse sportdeelname geeft het aandeel van de bevolking dat één keer per week of vaker aan sport doet
Het percentage van de Nederlandse bevolking dat wekelijks sport is één van de twintig kernindicatoren sport en bewegen. Daarnaast wordt de indicator ook gebruikt om de voortgang rondom het sportakkoord te monitoren.
Terug naar overzicht
Cijfers
Onderstaande tabel geeft aan waar cijfers omtrent wekelijkse sportdeelname te vinden zijn.
Methoden
De nationale cijfers voor wekelijkse sportdeelname worden gebaseerd op de jaarlijkse metingen van de Gezondheidsenquête/Leefstijlmonitor die door het CBS (Centraal Bureau voor de Statistiek) in samenwerking met het RIVM (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu) wordt uitgevoerd. De lokale cijfers komen uit de Gezondheidsmonitor Volwassenen en Ouderen van de GGD (Gemeentelijke/gewestelijke gezondheidsdienst)-en in samenwerking met het RIVM.
In beide gevallen wordt met de SQUASH-vragenlijst gewerkt. In deze vragenlijst wordt gevraagd om voor een normale week in de afgelopen maanden de gemiddelde tijd te schatten die wordt besteed aan actief verkeer van en naar werk of school, activiteiten op werk of school, activiteiten in het huishouden en activiteiten in de vrije tijd. In 2020 verscheen een technische rapportage waarin wordt beschreven hoe de indicator ‘wekelijkse sportdeelname’ wordt bepaald op basis van deze vragenlijst. Wekelijkse sportdeelname wordt gedefinieerd als minimaal één keer per week sporten.
De Gezondheidsmonitor Jeugd geeft inzicht in onder andere de leefstijl, waaronder beweeggedrag, van middelbare scholieren. In de vragenlijst wordt gevraagd naar lopen/fietsen naar school en sporten. Uit deze vragenlijst wordt het percentage van de jongeren bepaald dat 1 dag per week of meer sport bij een club, vereniging of sportschool. Deze indicator lijkt op de indicator wekelijkse sportdeelname. Echter, vanwege een afwijkende vraagstelling zijn de lokale cijfers niet zondermeer te vergelijken met de landelijke cijfers die volgen uit de Gezondheidsenquête/Leefstijlmonitor.
Doelgroepen
Op basis van de Gezondheidsenquête/Leefstijlmonitor (≥4 jaar), de Gezondheidsmonitor Volwassenen en Ouderen (≥18 jaar) en de Gezondheidsmonitor Jeugd (middelbare scholieren klas 2 en 4) zijn uitsplitsingen naar doelgroepen te maken.
|
Gezondheidsenquête/ Leefstijlmonitor |
Gezondheidsmonitor Volwassenen en Ouderen |
Gezondheidsmonitor Jeugd |
---|---|---|---|
Sociaal demografisch |
|
|
|
Gezondheid |
|
|
|
Overige informatie in databron
De vragenlijst over sport- en beweeggedrag die binnen de Gezondheidsenquête/Leefstijlmonitor en de Gezondheidsmonitor Volwassenen en Ouderen wordt gebruikt bevat meer interessante informatie rondom dit onderwerp voor beleid:
- Sporttakken
- Sportvorm (team/groep/individueel)
- Lidmaatschap/abonnement
- Wedstrijden/Trainingen
- Sportlocatie
- Blessures
De vragen over sport- en beweeggedrag in de Gezondheidsmonitor Jeugd bevatten meer interessante informatie rondom dit onderwerp over:
- Sporten/bewegen zonder club, vereniging of sportschool
- Lopen/fietsen naar school of stageplek
Meer informatie
- Lees meer over de Gezondheidsenquête
- Lees meer over de Leefstijlmonitor
- In 2020 verscheen een technische rapportage waarin wordt beschreven hoe de indicator ‘wekelijkse sportdeelname’ wordt bepaald.
- Lees meer over de Gezondheidsmonitor Jeugd
Voor vragen neem contact op met: sportenbewegenincijfers@rivm.nl