Deze pagina beschrijft het cijfer, de bron en de methode van de (kern)indicator: het aandeel basisscholen met een leerlingvolgsysteem voor bewegingsonderwijs.
Samenvatting
Definitie: het aandeel basisscholen met een leerlingvolgsysteem voor bewegingsonderwijs.
Bron: Monitor bewegingsonderwijs en sport in het primair onderwijs (PO (primair onderwijs )) (Mulier Instituut).
Meetfrequentie: Vierjaarlijks, sinds 2012/2013.
Cijfers zijn beschikbaar via het Mulier Instituut en op de webpagina van onderwijsbeleid op de kaart.
Uitsplitsing mogelijkheden geografisch: landelijk en regionaal.
Uitsplitsing mogelijkheden achtergrondkenmerken: kleuterklassen basisschool en oudere groepen en mate van stedelijkheid.
Bron en bronhouder
De bron van deze indicator is de Monitor bewegingsonderwijs en sport in het primair onderwijs (PO (primair onderwijs )). De bronhouder van deze monitor is het Mulier Instituut en de opdrachtgever is VWS (Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport).
Onderzoeksgroep
De onderzoeksgroep zijn sectie- en schoolleiders in het primair onderwijs. Er is gebruikgemaakt van het ‘Directeurenpanel PO (primair onderwijs )’ van DUO Onderwijsonderzoek, een panel dat bestaat uit ruim zevenhonderd schoolleiders. Aan de panelleden is één herinnering verstuurd. Daarnaast zijn 7.400 directeuren uit de onderwijsdatabase van DUO benaderd die geen deel uitmaken van het panel.
In meetjaar 2020/2021 hebben 839 schoolleiders de vragenlijst ingevuld.
Modus van uitvraag
De vragenlijst wordt vierjaarlijks uitgezet. Eerdere meetjaren zijn 2012/2013 (0-meting), 2016/2017 (1-meting) en 2020/2021 (2-meting). De periode van dataverzameling is mei/juni en het gaat om een online vragenlijst.
Historische informatie bron
In 2016/2017 was de respons 788 schoolleiders en in 2012/2013 1.083 schoolleiders.
Deelnemers
De vragenlijsten werd in 2020/2021 ingevuld door 839 schoolleiders in het PO (primair onderwijs ). De steekproef is representatief voor de doelgroep.
Vraagstelling
De volgende vraag werd gesteld: Welk leerlingvolgsysteem en/of motorische test gebruikt uw school voor bewegingsonderwijs? U kunt in beide kolommen meerdere antwoorden aankruisen indien u meer dan één leerlingvolgsysteem of motorische test gebruikt.
De antwoordmogelijkheden waren als volgt, voor groep 1-2 en groep 3-8 afzonderlijk:
- Categorieën: Geen enkele; Algemeen leerlingvolgsysteem (zoals ParnasSys); BeweegABC; Bewegen en Spelen/Stimuliz; BLOC-test (HAN beweegtest); Jump-in; KIDSvolgsysteem; MOBAK; MQ Scan; Novibols; Sportkompas; VolgMij; Volgwijzer!; 4 S-en test; Weet ik niet.
- Wij gebruiken een ander(e) leerlingvolgsysteem of motorische test, namelijk:...
De periode van uitvraag was mei/juni. De vraag is niet gevalideerd.
Analyse beschrijving
Berekening van het percentage van scholen die gebruikmaken van een leerlingvolgsysteem (LVS) en/of motorische test (MT) om het niveau van leerlingen te bepalen of hun vorderingen bij te houden.
Eerder gemeten
Eerdere meetjaren waarin de indicator is gemeten zijn 2012/2013, 2016/2017 en 2020/2021.
Historische informatie methode
N.v.t.
Achtergrondinformatie methode
Contactinformatie
S. Vrieswijk (Mulier Instituut), sportenbewegenincijfers@rivm.nl
Rapport: beschikbaarheid cijfers en databronnen
Hoe de methode- en bron beschrijvingen tot stand zijn gekomen staat beschreven in het rapport "Data-infrastructuur Sport en Bewegen: beschikbaarheid van cijfers en preferente databron voor 164 indicatoren". In het rapport wordt per thema een overzichtstabel van indicatoren weergegeven met daarbij de beschikbare databron. Er wordt per thema een conclusie getrokken of de beschikbare data-infrastructuur binnen een thema beperkt, redelijk of goed is. Als laatste worden er aanbevelingen gedaan voor de ontwikkeling van de data-infrastructuur Sport en Bewegen in de toekomst.