Het aantal minuten bewegingsonderwijs per schoolweek
De kernindicator bewegingsonderwijs is bepaald voor het primair onderwijs (PO (primair onderwijs
)) en het voortgezet onderwijs (VO (Voortgezet onderwijs
)). Daarnaast zijn ook cijfers over bewegingsonderwijs bekend voor het speciaal onderwijs (SO), het praktijkonderwijs (PRO) en middelbaar beroepsonderwijs (MBO).
Bron: Monitor bewegingsonderwijs, door het Mulier Instituut
Meetjaar meest recente cijfer: schooljaar 2020/2021 (PO), schooljaar 2021/2022 (VO), schooljaar 2022/2023 (SO en PRO), 2020 (MBO)
Nieuwe cijfers: 2025 (PO), 2026 (VO), 2027 (SO en PRO), 2024 (MBO)
Overzicht
Het bewegingsonderwijs in primair- en voortgezet onderwijs zijn twee van de 20 kernindicatoren voor het landelijk monitoren van sport en bewegen. Hoeveel bewegingsonderwijs krijgen kinderen en jongeren? Op deze pagina worden de nationale cijfers gepresenteerd van het primair-, voortgezet-, speciaal- en praktijkonderwijs en middelbaar beroepsonderwijs. Er wordt een internationale vergelijking gemaakt. Daarnaast wordt er een korte toelichting op het huidige beleid gegeven.
alle kernindicatoren
Heden, verleden en toekomst
Omvang lestijd voor bewegingsonderwijs varieert
De gemiddelde ingeroosterde lestijd voor zowel primair als voortgezet onderwijs is ongeveer 2 lesuren per week. Wel is er variatie tussen primair onderwijs groepen en de verschillende types voortgezet onderwijs (bijvoorbeeld vmbo, havo, vwo).
In het schooljaar 2020/2021 was de gemiddelde ingeroosterde lestijd voor bewegingsonderwijs 119 minuten per week voor groep 1 en 2 en 91 minuten voor groep 3 t/m 8 van het primair onderwijs.
In 2021/2022 hadden leerlingen in het eerste leerjaar van het voortgezet onderwijs gemiddeld 152 minuten lestijd voor lichamelijke opvoeding. Na het eerste leerjaar, neemt dit sterk af.
In de Sport Toekomstverkenning (2017) werd geconcludeerd dat het aantal uren bewegingsonderwijs in het primair onderwijs gelijk zal blijven of licht stijgen en in het voorgezet onderwijs gelijk zal blijven. Die toekomstverkenning is gebaseerd op verouderd beleid. Lees in de paragraaf 'Beleid' over de nieuwste ontwikkelingen.
Bron: Monitor bewegingsonderwijs 2013-2023, Mulier Instituut
PO (primair onderwijs
): Reijgersberg et al., 2013, Slot-Heijs et al., 2017, Slot-Heijs et al., 2021
VO (Voortgezet onderwijs
): Reijgersberg et al., 2014, Slot-Heijs et al., 2018, Slot-Heijs et al., 2022
SVBO en PRO: Lucassen et al., 2016 , Slot-Heijs & Lucassen, 2019, Slot-Heijs & Vrieswijk, 2024
MBO: DSP, 2008- 2016(PDF), Slot-Heijs et al., 2021
Methode: Aan sectieleiders lichamelijke opvoedingen en/of schoolleiders is een enquête voorgelegd over het bewegingsonderwijs op hun school. In de enquête is er gevraagd naar het aantal lessen bewegingsonderwijs en de duur van lessen die gegeven wordt op hun school. Ook is er onder andere gevraagd naar de leerdoelen voor het bewegingsonderwijs en de les accommodatie. De enquête voor het PO, VO en MBO is hieronder te downloaden, deze is vergelijkbaar met de enquêtes gesteld aan SBO en PRO. De ondervraagde sectie- en schoolleiders kunnen gezien worden als een representatief voor Nederland.
Vragenlijst bewegingsonderwijs VO
Bewegingsonderwijs voor Primair Onderwijs
Vormen van Basisonderwijs in Nederland:
- Naast scholen voor regulier basisonderwijs zijn er in Nederland scholen voor speciaal basisonderwijs (sbao) en voor speciaal onderwijs (so)
- Speciaal basisonderwijs is voor kinderen met een (betrekkelijk) laag intelligentieniveau of een leerachterstand
-
Speciaal onderwijs is voor kinderen met een handicap en/of zwaardere problematiek en is onderverdeeld in vier clusters
Trend
Geen verandering in lestijd bewegingsonderwijs PO (primair onderwijs )
In het schooljaar 2020/2021 was de gemiddelde ingeroosterde lestijd voor bewegingsonderwijs 119 minuten per week voor groep 1 en 2 en 91 minuten voor groep 3 t/m 8 van de basisschool. Er zijn geen verschillen met eerdere schooljaren. Eén op de drie scholen bieden groep 1 en 2 drie tot vijf lessen bewegingsonderwijs aan. In de groepen 3 t/m 8 krijgen de kinderen op drie kwart van de scholen twee lessen bewegingsonderwijs per week, vrijwel alle andere scholen geven één les per week.
Bron: Reijgersberg et al., 2013, Slot-Heijs et al., 2017, Slot-Heijs et al., 2021
Speciaal (basis)onderwijs
Omvang lestijd bewegingsonderwijs in het speciaal onderwijs weer iets afgenomen
In het schooljaar 2022/2023 kregen leerlingen in groep 1 en 2 van het speciaal (basis)onderwijs minder bewegingsonderwijs dan in het schooljaar 2018/2019. Groep 3 t/m 8 van het speciaal basisonderwijs heeft minder lestijd dan in schooljaar 2018/2019, maar meer dan in schooljaar 2012/2013. Voor groep 3 t/m 8 van het speciaal onderwijs is ook een afname te zien ten opzichte van schooljaar 2018/2019, maar is het aantal minuten vrijwel gelijk aan schooljaar 2012/2013.
Voor groep 1 en 2 in het speciaal (basis)onderwijs is de hoeveelheid lestijd lager dan in het reguliere onderwijs. De groepen 3 t/m 8 van beide vormen van speciaal onderwijs kregen ten opzichte van regulier onderwijs meer lestijd bewegingsonderwijs.
Bron: Lucassen et al., 2016 , Slot-Heijs & Lucassen, 2019, Slot-Heijs & Vrieswijk, 2024
* De cijfers over lesminuten bewegingsonderwijs voor het speciaal (basis)onderwijs van 2012-2013, afkomstig uit rapportages van het Mulier Instituut, zijn in maart 2024 aangepast vanwege een kleine wijziging in de oorspronkelijke berekening van het aantal lesuren per schoolweek. Voor meer informatie kunt u contact opnemen met sportenbewegenincijfers@rivm.nl.
Bewegingsonderwijs voor Voortgezet Onderwijs
Vormen van Voortgezet Onderwijs in Nederland:
- Het reguliere voortgezet onderwijs is te verdelen in vier types;
- Basisberoepsgerichte leerweg/kaderberoepsgerichte leerweg (vmbo bbl/kl);
- Gemende leerweg/theoretische leerweg (vmbo gl/tl);
- Hoger algemeen voortgezet onderwijs (havo);
- Voorbereidend wetenschappelijk onderwijs (vwo).
- Daarnaast zijn er scholen voor Praktijkonderwijs (pro) voor jongeren met een (betrekkelijk) laag intelligentieniveau of een leerachterstand die naar verwachting niet over de capaciteiten beschikken om een vmbo-diploma te behalen. Het voortgezet speciaal onderwijs (vso) is voor jongeren met een handicap of zwaardere problematiek en is onderverdeeld in vier clusters.
Trend
Geen verandering in lestijd bewegingsonderwijs VO (Voortgezet onderwijs )
Er zijn geen verschillen in de gemiddelde omvang van lestijd tussen de schoojaren 2021/2022, 2017/2018 en 2013/2014. Wel zijn de verschillen tussen scholen groter geworden over de jaren (cijfers niet in figuur). In het eerste leerjaar wordt de meeste lestijd bewegingsonderwijs gegeven, vervolgens daalt dit met het leerjaar.
Bron: Reijgersberg et al., 2014, Slot-Heijs et al., 2018, Slot-Heijs et al., 2022
Vmbo bbl/kbl
Lesomvang is gelijk gebleven
In 2021/2022 hadden leerlingen in het eerste leerjaar van het vmbo bbl/kbl gemiddeld 160 minuten lestijd voor lichamelijke opvoeding, doorgaans drie lesuren van 50 minuten per week. Na het eerste leerjaar, neemt dit sterk af tot 141 minuten in het tweede leerjaar, 105 minuten in het derde leerjaar en 94 minuten in het laatste jaar. Er zijn geen verschillen te zien met schooljaar 2017/2018 en 2013/2014.
Vmbo gl/tl
Lesomvang is gelijk gebleven
In 2022/2021 hadden leerlingen in het eerste leerjaar van het vmbo gl/tl gemiddeld 155 minuten lestijd voor lichamelijke opvoeding, doorgaans drie lesuren van 50 minuten per week. Na het eerste leerjaar, neemt dit sterk af tot 127 minuten in het tweede leerjaar, 109 minuten in het derde leerjaar en 92 minuten in het laatste jaar. Er zijn geen verschillen te zien met schooljaar 2017/2018 en 2013/2014.
Havo
Lesomvang toegenomen in eerste leerjaar
In 2021/2022 hadden leerlingen in het eerste leerjaar van de havo gemiddeld 147 minuten lestijd voor lichamelijke opvoeding, dit is meer dan in het schooljaar 2017/2018. Daarmee is dit terug op het niveau van 2013/2014. Na het eerste leerjaar, neemt de lesomvang sterk af tot 121 minuten in het tweede leerjaar, 102 minuten in het derde leerjaar, 98 minuten in het vierde leerjaar en 70 minuten in het laatste jaar. Behalve in het eerste leerjaar zijn er geen verschillen te zien met schooljaar 2017/2018 en 2013/2014.
Vwo
Lesomvang toegenomen in eerste leerjaar
In 2022/2021 hadden leerlingen in het eerste leerjaar van het vwo gemiddeld 146 minuten lestijd voor lichamelijke opvoeding, dit is meer dan in het schooljaar 2017/2018. Daarmee is dit terug op het niveau van schooljaar 2013/2014. Na het eerste leerjaar, neemt de lesomvang sterk af tot 115 minuten in het tweede leerjaar, 102 minuten in het derde leerjaar, 96 minuten in het vierde leerjaar, 91 minuten in het vijfde leerjaar en 63 minuten in het laatste jaar. Behalve voor het eerste leerjaar zijn er geen verschillen te zien met schooljaar 2017/2018 en 2013/2014.
Speciaal onderwijs
Minder lestijd voor bewegingsonderwijs
In het schooljaar 2022/2023 werd in het voortgezet speciaal onderwijs minder lestijd besteed aan bewegingsonderwijs dan in schooljaren 2013/2014 en 2018/2019. Dit is te zien voor alle leerjaren.
Naarmate leerlingen verder komen in hun opleiding krijgen zij minder bewegingsonderwijs. In het voortgezet speciaal onderwijs kregen leerlingen minder bewegingsonderwijs dan leerlingen in het regulier voortgezet onderwijs.
Bron: Lucassen et al., 2016 , Slot-Heijs & Lucassen, 2019, Slot-Heijs & Vrieswijk, 2024
Praktijkonderwijs
Minder lestijd voor bewegingsonderwijs in bovenbouw, meer in onderbouw
In het schooljaar 2022/2023 werd in de bovenbouw van het praktijkonderwijs minder lestijd besteed aan bewegingsonderwijs dan in schooljaren 2014/2015 en 2018/2019. In de onderbouw van het praktijkonderwijs is de lestijd voor bewegingsonderwijs ten opzichte van eerdere jaren juist toegenomen.
Voor alle meetjaren geldt dat naarmate leerlingen verder komen in hun opleiding, zij minder minuten bewegingsonderwijs krijgen.
Bron: Lucassen et al., 2016 , Slot-Heijs & Lucassen, 2019, Slot-Heijs & Vrieswijk, 2024
* De cijfers over lesminuten bewegingsonderwijs voor het voortgezet speciaal onderwijs van 2013-2014, afkomstig uit rapportages van het Mulier Instituut, zijn in maart 2024 aangepast vanwege een kleine wijziging in de oorspronkelijke berekening van het aantal lesuren per schoolweek. Voor meer informatie kunt u contact opnemen met sportenbewegenincijfers@rivm.nl.
Norm lestijd
Lestijd bewegingsonderwijs nagenoeg gelijk aan de norm
Door het ministerie van OCW (Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen) is een normdocument voor bewegingsonderwijs op het voortgezet onderwijs opgesteld. De norm voor het Vmbo is 125 minuten per schoolweek, voor de Havo 108 minuten en voor het Vwo 100 minuten. In het schooljaar 2021/2022 was de gemiddelde lestijd van bewegingsonderwijs voor alle typen voorgezet onderwijs nagenoeg gelijk aan de norm. Per school kan de lesstijd sterk verschillen. Dit betekent dat bij elk type onderwijs een deel van de scholen (ver) boven de norm scoort en een deel hieronder.
Lessen bewegen en sport voor middelbaar beroepsonderwijs
2020
De helft van de eerstejaars MBO-studenten krijgt voldoende lessen bewegen en sport
In 2020 kreeg 53% van de bol-studenten (beroepsgerichte leerweg) in de eerste twee leerjaren van hun opleiding voldoende lessen bewegen en sport, namelijk minimaal 50 uur per jaar.
Bron: Slot-Heijs et al., 2021
2008 t/m 2016
Het percentage MBO-studenten dat voldoende lessen bewegen en sport krijgt neemt af per leerjaar
Tussen 2008 en 2016 was een stijging te zien van het percentage bol-studenten (beroepsgerichte leerweg) dat in het eerste leerjaar van hun opleiding voldoende lessen bewegen en sport kreeg, namelijk minimaal 50 uur per jaar. Dit percentage nam af in hogere leerjaren.
Bron: DSP, 2016(PDF)
Internationale vergelijking
Binnen Europa grote verschillen
In het EUPEO rapport (European Physical Education Observatory) zijn negen Europese landen opgenomen. Hieruit blijkt dat er grote verschillen zijn tussen Nederland en de andere Europese landen in bijvoorbeeld de hoeveelheid bijscholing en de opleiding tot docent lichamelijke opvoeding (LO). Nederland is namelijk het enige land waarbij de opleiding tot docent LO enkel een vier jarige bachelor is, terwijl bij de andere landen hier ook een master voor behaald moet worden. Ook is Nederland een van de twee landen waarbij bijscholing verplicht is als docent LO, met 60 uur per jaar.
Ook zijn er grote verschillen wat betreft het aantal uur bewegingsonderwijs dat door de scholen wordt gegeven tussen de verschillende Europese landen. Bij de negen EUPEO landen ligt het minimum op 80 minuten bewegingsonderwijs per week en het maximum op 180 minuten per week (EUPEO, 2021). In Nederland is dit volgens het EUPEO rapport op dit moment tussen de 90 en 120 minuten per week. Dit komt overeen met de data uit de 2-meting bewegingsonderwijs van het Mulier Instituut.
Beleid Bewegingsonderwijs
Nationaal beleid (1)
Wettelijke verankering uren bewegingsonderwijs
In februari 2020 is een wetsvoorstel aangenomen dat inhoudt dat vanaf 2023 op iedere basisschool minimaal twee lesuren per week bewegingsonderwijs moet worden gegeven over alle schooljaren. Deze uren moeten gegeven worden door een bevoegde (vak)leerkracht. In 2021 konden scholen subsidie aanvragen, waarmee zij een procesbegeleider konden aanstellen die helpt met de realisatie van de verplichte twee uur bewegingsonderwijs per week.
In het voorgezet onderwijs is het verplicht om bewegingsonderwijs door een vakleerkracht te laten verzorgen. De lesomvang behoort te voldoen aan normen van de Inspectie van het Onderwijs, maar dit is niet wettelijk bepaald.
Nationaal beleid (2)
Nationaal sport- en beweegbeleid
Op 1 april 2023 is het Sportakkoord II van start gegaan. Dit akkoord loopt tot en met eind 2026. De strategische partners van het sportakkoord (het ministerie van VWS (Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport), de Vereniging Sport en Gemeenten/Vereniging van Nederlandse Gemeenten, NOC*NSF (Nederlands Olympisch Comité * Nederlandse Sport Federatie) en de Platform Ondernemende Sportaanbieders (POS)) hebben drie ambities geformuleerd: het fundament op orde, een groter bereik en meer (zichtbare) betekenis. De strategieën die hiervoor zijn opgesteld zijn ondergebracht onder zes thema’s:
|
|
|
|
|
|
De Kernindicator Ingeroosterde lestijd wordt gebruikt voor de monitoring van het Sportakkoord II binnen het thema Vaardig in bewegen. De Kernindicator zegt iets over het sport- en beweeggedrag van kinderen en jongeren.
Het historisch overzicht nationaal sportbeleid geeft een kijk in het Nederlandse sportbeleid van 1940 tot nu.
Meer informatie
- Het Nederlands onderwijsstelsel: zie Lucassen et al., 2016 (pagina 11 t/m 15)
- Over de peilingen bewegingsonderwijs
- Het recente rapport over bewegingsonderwijs in het primair onderwijs
- Het recente rapport over bewegingsonderwijs in het voortgezet onderwijs
- Het recente rapport over bewegingsonderwijs in het speciaal- en praktijkonderwijs
- Het recente rapport over bewegingsonderwijs in het middelbaar beroepsonderwijs
- Onderzoek Mulier Instituut over het voldoen aan de wettelijke normen voor gymles: Van wet naar werkelijkheid: bewegingsonderwijs op de basisschool
J.J. Slot-Heijs (Mulier Instituut)
S. Vrieswijk (Mulier Instituut)