link terug naar handreiking werken met lokale (sport)data
De samenleving is sterk in ontwikkeling en dit raakt natuurlijk ook de sport in Drenthe. Vergrijzing, ontgroening, verstedelijking, technologische ontwikkelingen, digitalisering, globalisering en klimaatvraagstukken beïnvloeden hoe er naar sport gekeken wordt en hoe mensen sport willen beoefenen en beleven. Omgekeerd kan de sport ook een positieve bijdrage leveren aan complexe maatschappelijke vraagstukken waar in de snel veranderende samenleving tegenaan gelopen wordt.
Het doorlopen van de RSTV (Regionale Sporttoekomstverkenning) heeft Drenthe een concreet product opgeleverd. Een (cijfermatig) overzicht van Drenthe op het gebied van sport, bewegen en gezondheid. En dat niet alleen, ook inzicht in wat er al bereikt is en waar blinde vlekken zitten. We zijn in Drenthe goed op weg, en om dit vast te houden is een kijk in de toekomst van belang. Wat gaat er spelen, welke ontwikkelingen zijn er en wat zeggen de trends over de toekomst. Het traject heeft Drenthe ook opgeleverd dat we met elkaar op basis van beschikbare data zijn gaan kijken welke ambities we met elkaar hebben en wat nodig is om deze ambities te bereiken, en dat in het licht van de trends en ontwikkelingen. Geen gemakkelijke opgave maar we zijn tevreden met het resultaat.
In deze beschouwing staan de belangrijkste toekomstige ontwikkelingen centraal die tijdens de RSTV in Drenthe naar voren zijn gekomen.
Voor de sport, voor de samenleving
Ook in de Drentse toekomstverkenning is gebleken dat betrokken professionals zich beseffen dat sport meer is dan een plezierige vrijetijdsbesteding. Sport (en bewegen) worden in veel gevallen direct genoemd in relatie tot leefstijl en gezondheid, economie, onderwijs en vraagstukken uit het sociaal domein. In de landelijke politiek is al langer merkbaar dat sport steeds meer als middel wordt gezien (Breedveld et al. 2016). In Drenthe blijkt dit ook binnen gemeenten en het maatschappelijk middenveld aan de orde.
Vooral dankzij deze nadruk op de maatschappelijke betekenis zijn de budgetten voor sport de afgelopen jaren gegroeid. Ook raakten meer sectoren overtuigd van het idee dat sport en bewegen mogelijk ook voor andere beleidsterrein van betekenis kunnen zijn. Deze ‘instrumentalisering’ zorgt voor een externe verbondenheid (van den Heuvel en van der Poel 1999).
Sport is dus waardevol op zich én kan een bijdrage leveren aan maatschappelijke doelen die een bredere impact hebben dan sport zelf. Het is belangrijk om dit onderscheid te maken; ook in het beschrijven van doelstellingen en het meten van resultaten. Omdat dit in de praktijk vaak door elkaar wordt beschreven, wordt de sport kwetsbaar in tijden van bezuiniging.
Vier perspectieven op sport
Sport als doel op zichzelf kan voor ieder individu iets anders betekenen. Voor de één is het meedoen en plezier beleven. Voor de ander is het bewegen en ontspannen. Maar ook prestaties nastreven zijn onlosmakelijk verbonden aan de sport. Net als het kijken naar en meeleven met prestaties van anderen.
In de landelijke sport toekomst verkenning zijn vier perspectieven geïntroduceerd van waaruit de sport beschouwd kan worden. De vier intrinsieke sportdoelen kunnen botsen of elkaar juist versterken. Drentse topsportprestaties kunnen het meeleven met prestaties versterken. Het lid worden van een sportclub (meedoen) kan meer en duurzaam bewegen als resultaat hebben. Maar meeleven en kijken naar sport kunnen ook hand in hand gaan met ongezond gedrag zoals zitten, alcohol drinken en/of ongezonde voeding. Te veel nadruk op topprestaties kunnen andere meer recreatieve sporters ook afschikken binnen een sportorganisatie.
Doel en middel in elkaars verlengde
Wanneer we vanuit de resultaten van de RSTV (Regionale Sporttoekomstverkenning) Drenthe deze discussie bekijken, valt op dat de meeste stakeholders geinteresseerd zijn in sport als middel gericht op thema’s als sociale cohesie en gezondheid. De intrinsieke waarden meedoen en bewegen zouden in dit deel van het sportbeleid voorop moeten staan. Een kleiner aantal stakeholders maakt zich sterk voor het op de kaart zetten van Drenthe op het gebied van regiomarketing, toerisme en events. Kanttekening hierbij is dat de propositie van Drenthe in deze hoek, anders dan elders in het land, niet alleen primair gericht is op meeleven en presteren. Evenementen, regiomarketing en sportieve, toeristische arrangementen zijn in Drenthe vaak ook gericht op het actief meedoen aan sport- en beweegactiviteiten.
Sport beweegt naar andere beleidsdomeinen
Onder de noemers als participatiesamenleving, netwerksamenleving en doe-democratie is de rol die de overheid speelt aan verandering onderhevig. In een toenemend aantal domeinen beweegt de overheid steeds meer richting de burgermaatschappij en de markt. Maar anderzijds zijn middels actief burgerschap en sociaal ondernemerschap ook burgers en marktpartijen steeds meer bezig met het nastreven van publieke waarden. De overheid is niet meer alleen sturend of gericht op specifieke prestaties, maar in toenemende mate een samenwerkingspartner of responsief ten opzichte van initiatieven uit de samenleving. Zo ook in de sport. Sportbeleid is steeds minder een aangelegenheid van alleen de overheid en steeds meer een samenspel tussen alle betrokkenen.
Lokaal sportbeleid in Drenthe
Net als in andere provincies was het in Drenthe gebruikelijk om in het lokaal sportbeleid vooral te focussen op accommodatiebeleid en sportstimulering. Landelijke regelingen als de Breedte Sport Impuls (2000-2009), Buurt Onderwijs Sport (2005-2011) en Sport en Bewegen in de Buurt (2012-2018) gaven richting aan het lokaal sportstimuleringsbeleid. Door het aanstellen van combinatiefunctionarissen, later buurtsportcoaches, is de focus steeds breder komen te liggen en worden naast het stimuleren van sport en bewegen in de breedste zin van het woord ook steeds meer maatschappelijke doelstellingen nagestreefd.
Uit de beleidsanalyse blijkt dat slechts weinig Drentse gemeenten nog een actuele sportnota hebben liggen. In de nieuwste nota’s, maar ook in de nota’s die in ontwikkeling zijn blijkt duidelijk dat de rol van sport aan het veranderen is. Zonder uitzondering is er naast het versterken van de sport en het stimuleren van sportdeelname, ook ruim aandacht voor het nastreven van verschillende maatschappelijke doelstellingen. In enkele gevallen is er al geen sprake meer van een sport (en beweeg) nota, maar maakt sport en bewegen onderdeel uit van een nota sociaal domein of een nota op het gebied van gezonde leefstijl.
Steeds meer maakt de sport verbindingen met andere beleidsdomeinen om zo de maatschappelijke kracht van sport optimaal in te kunnen zetten. Verbindingen naar gezondheid, onderwijs, welzijn en sociaal domein worden in veel gemeenten gelegd. In ongeveer de helft van de gemeenten wordt ook verbinding gemaakt naar cultuur en recreatie. Daarnaast is de verbinding naar ruimtelijke ordening in opkomst. Het bevorderen van de gezondheid is inmiddels al het primaire doel van het sportbeleid geworden, voor meer bewegen en iedereen kan meedoen. Het verhogen van sportdeelname en wordt steeds meer als middel dan als doel op zich gezien.
Provinciaal sportbeleid
Landelijk gezien is er een grote verscheidenheid in de rol die provincies pakken op het gebied van sport- en beweegbeleid. Sommige provincies zijn zeer actief, andere doen weinig. Sport is geen kerntaak van provincies, maar kan natuurlijk wel een bijdrage leveren aan andere provinciale doelen. Binnen de provincie Drenthe speelt de sport een belangrijke rol binnen het programma vrijetijdseconomie en fietsen. Om Drenthe nog aantrekkelijker te maken voor toeristen en bestedingen en werkgelegenheid in de recreatieve sector te vergroten worden (top)sportevenementen ondersteund, zichtbaarheid van wat Drenthe te bieden heeft op het gebied van natuur en routes om te wandelen en te fietsen vergroot, en ondernemerschap en innovatie op dit gebied gestimuleerd.
Verder participeert de provincie in Drenthe Beweegt, een netwerkorganisatie waarin samen met alle Drentse gemeenten en maatschappelijke provinciale partners gestreefd wordt naar een provincie waarin de mensen een gezonde leefstijl hebben, waarbij iedereen kan meedoen en veel te beleven is op het gebied van sport en bewegen.
Uit de toekomstverkenning blijkt dat de betrokkenen voor de provincie inderdaad een belangrijke verbindende rol ziet waarin vraagstukken kunnen worden opgepakt die niet elke gemeente afzonderlijk kan oppakken, zoals grote topsportevenementen, topaccommodaties met een regionale functie, topsport en talentontwikkeling en een goed regionaal aanbod voor aangepaste sport. Ook de verbindende schakel op de andere thema’s, waarbij het initiatief genomen wordt om samen op te trekken in Drenthe om tot betere resultaten te komen wordt herkend.
Lokale sportakkoorden en lerend beleid
Alle Drentse gemeenten hebben inmiddels een lokaal sportakkoord ontwikkeld of zijn hier mee bezig. Lokale sportakkoorden zijn bij uitstek een voorbeeld van de nieuwe vorm van beleidsontwikkeling, waarbij private partijen niet slechts betrokken worden om mee te denken voor voldoende draagvlak van het beleid, maar daadwerkelijk mee beslissen en samen optrekken met de gemeente als het gaat om de uitvoering. Het lokale sportakkoord is in elke gemeente anders van opzet. Soms is het meer beleidsmatig ingestoken en vervanger van de oude sportnota, in andere gemeenten juist meer actiegericht en ingezet als extra bovenop het bestaande beleid. Ook als het gaat om de thema’s zijn er verschillen tussen gemeenten.
Data voor lokaal beleid
De sporttoekomstverkenning heeft gezorgd voor een basis aan gegevens die gebruikt zijn in de startfoto van verschillende lokale sportakkoorden. Hoe scherper de startfoto, hoe specifieker er beleid gemaakt kan worden om de vraagstukken te tackelen die prioriteit moeten krijgen. Uiteindelijk is deze data ook belangrijk als het gaat om het evalueren van de verschillende lokale en provinciale beleidsacties.
In deze toekomstverkenning is gebleken hoe lastig het is om op alle belangrijke thema’s lokale data bij elkaar te krijgen. Cijfers als de inzet van vakleerkrachten, motorische vaardigheden van kinderen, vitaliteit van sportverenigingen en vrijwilligersproblematiek zijn wel landelijk en/of regionaal beschikbaar, maar niet lokaal uit te splitsen. Voor thema’s als sport en economie, sport in het sociaal domein en duurzame sportinfrastructuur zijn zelfs nauwelijks cijfers beschikbaar.
Om lokale sportakkoorden en provinciaal beleid op termijn goed te kunnen monitoren is regionaal een betere data infrastructuur nodig. Dit werd door verschillende stakeholders tijdens de toekomstverkenning ook onderkend. Als gemeente wil je niet alleen weten of je jezelf verbeterd ten opzichte van eerdere jaren, maar je wilt jezelf ook vergelijken met andere gemeenten in Drenthe. Zo kan je zien of jouw beleidsacties werken, maar ook van welke gemeenten je nog zou kunnen leren op specifieke thema’s.
Anticiperen op de toekomst
Toekomstige ontwikkelingen zoals beschreven in het toekomstbeeld zijn belangrijk om over na te denken tijdens het ontwikkelen van lokaal en regionaal sportbeleid. Sommige demografische, economische, sociaal-culturele, technologische, ecologische en politiek-juridische ontwikkelingen spelen landelijk of zelfs internationaal en zullen ook de sport in Drenthe raken. Andere ontwikkelingen zijn juist heel specifiek voor Drenthe en zijn extra belangrijk om op te anticiperen.
Lokaal spelen bijvoorbeeld krimpvraagstukken, sterke ontgroening en vergrijzing. Deze vragen sportorganisaties om nieuwe vormen van samenwerking en aanbod te ontwikkelen. Anderzijds is ook in Drenthe de commerciële, zelfgeorganiseerde en ongebonden sport in opkomst. In het sportbeleid zal verder gekeken moeten worden dan alleen de sportvereniging. Deze anders georganiseerde sport is relatief nieuw voor beleidsmakers, maar bieden zeker kansen in relatie tot de verschillende aan sport gelieerde beleidsterreinen. Technologische ontwikkelingen vormen zowel kansen als bedreigingen. De opkomst van augmented reality (Techniek waarmee aan een weergave van de realiteit virtuele elementen kunnen worden toegevoegd.), virtual reality en e-sports kunnen er voor zorgen dat de schermtijd alleen maar verder toeneemt, maar kunnen ook leiden tot nieuwe concepten waardoor doelgroepen bij sport betrokken worden die eerder slechts moeizaam bij sport te betrekken waren.
Het met stakeholders sparren over de verschillende toekomstige ontwikkelingen, hun beelden hierbij en hoe hier mee om te gaan is zeer waardevol gebleken en zouden onderdeel uit kunnen maken van elk beleidsproces. Dit proces zal met enige regelmaat herhaalt moeten worden om met de sport in Drenthe up-to-date te blijven ten aanzien van de nieuwste ontwikkelingen. Een manier om dit te doen is door gebruik te maken van lerend beleid.
Lerend beleid
Complexe beleidsopgaven die ook in Drenthe veelal genoemd worden als essentieel, denk aan het terugdringen van overgewicht, het versterken van de regionale economie of het oplossen van sociale problematiek is niet met enkele eenvoudige maatregelen op te lossen. Sport kan ook nooit eenzijdig de oplossing zijn van grote complexe maatschappelijke vraagstukken. Sport kan wel een positieve bijdrage leveren aan deze vraagstukken. Het lastige hierin is dat je met een sportieve maatregel zelden op korte termijn grote veranderingen zal zien in de lokale data. Alleen kwantitatief evalueren is dus nooit genoeg. Vooral ook omdat kwantitatieve evaluaties vooral zorgen voor legitimatie achteraf en weinig informatie geven voor het verbeteren van het beleid.
Bij leren beleid en een lerende evaluatie wordt in samenwerking met de partijen die betrokken zijn bij het beleid al tijdens de ontwikkeling en de uitvoering van beleid geëvalueerd. Er wordt vooral op zoek gegaan naar werkzame mechanismen in het beleid, wat werkt er wel al en wat kan er nog beter? De betrokkenen kunnen zo de opgedane kennis en inzichten direct gebruiken om het beleid bij te sturen. Door zowel naar proces (lerend evalueren) als effect (data) te kijken, zowel voor, tijdens en achteraf, kan er veel beter geanticipeerd worden op toekomstige ontwikkelingen en kan er evenwichtiger omgegaan worden met de complexe rol die sport speelt binnen de verschillende maatschappelijke domeinen.
Aanbevelingen
Naast het eindresultaat van de Drentse sporttoekomstverkenning, een centrale plek waar alle sport gerelateerde data voor Drenthe is verzameld en een opsomming van de belangrijkste ontwikkelingen, heeft het proces en de verschillende bijeenkomsten ook een aantal aanbevelingen opgeleverd waar in lokaal en regionaal sportbeleid, maar dus ook in de sportakkoorden, rekening mee gehouden zou moeten worden.
Aanbevelingen per thema
Bewegingsonderwijs en bewegingsvaardigheid als basis voor een leven lang bewegen:
De belangrijkste aanbeveling die is gegeven is om meer vakleerkrachten in te zetten in het basisonderwijs en de expertise van deze vakleerkrachten ook naast de lessen bewegingsonderwijs in te zetten door te investeren in zaken als bewegend leren en samenwerking met sportverenigingen in de omgeving van de school. Hiervoor is samenwerking nodig tussen onderwijsstichtingen, SportDrenthe, gemeenten, de provincie en liefst ook het rijk als het gaat om wetgeving.
Sportstimulering en vitale aanbieders vanuit een positieve sportcultuur:
De betrokkenen wijzen op een grote kennislacune op dit thema in de regio Drenthe. Er is weinig bekend over de organisatiekracht, positief sportklimaat, hoeveelheid geschoold kader en daarmee ook wat wel en niet effectief is om aanbieders vitaler te maken. Er is behoefte om meer gedetailleerd te kunnen vergelijken tussen verenigingen, takken van sport en dat binnen de verschillende thema’s. Met name het versterken van de core business van sportaanbieders wordt belangrijk gevonden. Aangenomen wordt dat daarmee een positieve impact op de samenleving vanzelf volgt. Er lijkt echter nog weinig informatie beschikbaar om tot specifiekere beleidsacties te komen.
Gezonde actieve leefstijl en de preventieve functie van sport en bewegen:
De ambitie is om een gezonde omgeving te creëren in Drenthe. De gezonde keuze moet de gemakkelijke keuze worden. Een gezonde omgeving is een breed begrip. Gezonde scholen, gezonde sportkantines, een beweegvriendelijke openbare ruimte voor iedereen, maar ook de inzet van specifieke interventies richting kwetsbare doelgroepen kunnen hier onderdeel van uitmaken. Voor een effectieve uitvoering van activiteiten is samenwerking nodig door meerdere partijen, zowel op lokaal als op regionaal niveau.
Sociaal-maatschappelijke waarde van sport en bewegen in het sociaal domein:
Eenzaamheid en kwetsbaarheid zijn de twee belangrijkste vraagstukken binnen dit domein. Sport kan een bijdrage leveren aan het betrekken van eenzame ouderen, mensen met een beperking, mensen die leven in armoede, of mensen met ernstig overgewicht, verslaving of psychische problemen. Dit vraagt om een sport die open is voor verschillen en inclusief is voor verschillende doelgroepen. Daarnaast vraagt dit meer inzicht in gedragsverandering, wat werkt er nu echt in de praktijk? Een integrale aanpak van bovenaf moet gecombineerd worden met ruimte voor initiatieven van onderaf om in dit thema vooruitgang te boeken.
Economie en de rol van sport en bewegen in toerisme en regiomarketing:
Op basis van de beschikbare data binnen dit thema kan er eigenlijk nog geen conclusie verbonden worden aan de mate waarop sport een bijdrage levert aan de regionale economie. Om de sportieve economie van Drenthe te stimuleren zal wel uitgegaan moeten worden van de eigen kracht: natuur en ruimte. Er moet ingezet worden op kwalitatief sterke sportevenementen die een aantoonbare economische en maatschappelijke impact hebben. Alle stakeholders, waaronder ook Drents Landschap, Natuurmonumenten en Staatbosbeheer zouden samen gedegen afwegingen moeten maken tussen sportieve, economische en ecologische belangen. Meer kennis is nodig over de motieven van bezoekers. Een evenementenregisseur in de provincie is wenselijk om als aanjager te fungeren en om alle belangen beter tegen elkaar af te wegen.
Duurzame sportinfrastructuur:
Om de sportinfrastructuur in Drenthe te versterken moet niet alleen ingezet worden op ‘hardware’ (voorzieningen/accommodaties), maar ook op ‘software’ en ‘orgware’ (programma’s, functionarissen, organisaties) en de combinatie van beide. Verder is het van belang om goed te kijken of de sportinfrastructuur lokaal/bovenlokaal aansluit op de wensen/behoeften van de inwoners en kritisch te kijken naar benutting en gebruik. Drenthe heeft behoefte aan een masterplan sportfaciliteiten en een regisseur die zorgt dat er optimaal gebruik kan worden van de Drentse sportinfrastructuur. Ook moeten buurtsportcoaches geëquipeerd worden om op basis van een ‘sociale & fysieke kaart van hun wijk’ tot effectievere beweegprogramma’s te komen. Betere benutting van de sportinfrastructuur kan leiden tot een beter, gezonder en talentvoller Drenthe.
Implementatie en monitoring
Om vanuit deze toekomstverkenning te komen tot een doorontwikkeling op de zes thema’s zijn er nog wel een aantal acties nodig. Allereerst is het belangrijk dat alle stakeholders binnen gemeenten en maatschappelijke partners weten van het bestaan van de toekomstverkenning en meegenomen worden in hoe deze informatie van meerwaarde kan zijn voor hun eigen beleid. Ten tweede zou er verkend kunnen worden in hoeverre de consortiumpartners ook gezamenlijke plannen kunnen ontwikkelen op de verschillende thema’s. Veel aanbevelingen zullen niet door een individuele partij opgepakt kunnen worden, maar vragen juist gezamenlijk beleid en acties. Hierbij zou gedacht kunnen worden aan een integraal plan voor sport en bewegen in Drenthe of een Drents Sportakkoord.
Om de resultaten hiervan over tijd te kunnen monitoren zal er ook geïnvesteerd moeten worden in een sterkere kennisinfrastructuur. Op enkele thema’s is nog vrijwel geen informatie beschikbaar, op andere thema’s is de informatie nog niet actueel genoeg. Voor de thema’s waar wel veel informatie beschikbaar is, is het noodzaak om de gegevens ook over tijd te blijven volgen. Daarbij is het ook aan te bevelen om trends en ontwikkelingen en de gevolgen hier van met enige regelmaat te updaten. De Regionale Sport Toekomst Verkenning van Drenthe heeft een mooie eerste aanzet gegeven wat data en kwalitatieve toekomstverkenning voor meerwaarde kan bieden voor beleidsontwikkeling. Hopelijk kan hier de komende jaren een goed vervolg aan gegeven worden.