23% van de Nederlandse bevolking van 4 jaar en ouder was lid van een sportvereniging

Het aandeel van de bevolking van 4 jaar en ouder dat lid is van een sportvereniging

Clublidmaatschap wordt gemonitord met twee indicatoren:

  • Lid van een sportvereniging: het aandeel van de bevolking van 4 jaar en ouder dat lid is van een sportvereniging.
  • Abonnement om te sporten: het aandeel van de bevolking van 4 jaar en ouder dat een abonnement heeft om te sporten, bijvoorbeeld bij een fitnesscentrum of zwembad.

Bron: Gezondheidsenquête/Leefstijlmonitor CBS Centraal Bureau voor de Statistiek (Centraal Bureau voor de Statistiek) en RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu)
Meetjaar: 2024
Nieuwe cijfers: 2026

Overzicht

Clublidmaatschap is één van de kernindicatoren voor het landelijk monitoren van sport en bewegen. Hoeveel Nederlanders zijn er lid van een sportvereniging? Clublidmaatschap is afhankelijk van sportdeelname. Op deze pagina worden de nationale cijfers gepresenteerd. Clublidmaatschap wordt ook voor verschillende groepen in de bevolking beschreven. Daarnaast wordt er een internationale vergelijking gemaakt en een korte toelichting op het huidige sport- en beweegbeleid in relatie tot de kernindicator gegeven.

Heden, verleden en toekomst

Nationaal

Sla de grafiek Sportverband, 2016-2024* over en ga naar de datatabel

Kwart van de Nederlanders is lid van een sportvereniging

In 2024 was 23% van de Nederlandse bevolking van 4 jaar en ouder lid van een sportvereniging. Daarnaast had 24% van de bevolking en abonnement om te sporten, bijvoorbeeld voor een fitnesscentrum of zwembad.

De verschillen over de tijd van 2016 tot 2024 zijn klein. Voor het aandeel mensen dat lid is van een sportvereniging is het percentage min of meer gelijk gebleven. Voor het aandeel mensen met een abonnement om te sporten is een licht stijgende trend zichtbaar tussen 2016 en 2020, die in 2021 en 2022 werd onderbroken. Sinds 2023 is het cijfer weer vergelijkbaar met 2020.

Regionaal

Aandeel sportbondleden per gemeente

Lidmaatschap bij sportbonden per gemeente

De cijfers voor sportbondleden komen uit het Kennis Informatie Systeem Sport (KISS; bronhouder: NOC*NSF). De KISS-data wordt gebruikt om lidmaatschap cijfers te kunnen presenteren per gemeente. Dit is niet mogelijk op basis van de databron voor het landelijke cijfer voor de Kernindicator Clublidmaatschap (Gezondheidsenquête/Leefstijlmonitor). Daarom kunnen de sportbondcijfers verschillen van de Kernindicatorcijfers. 

4,3 miljoen sportbondleden in 2024

In 2024 waren 4,3 miljoen mensen lid van een of meer van de 76 bij NOC*NSF aangesloten sportbonden. Gemiddeld was 24,2% van de Nederlandse bevolking lid van één of meerdere sportbonden. Mensen met meerdere lidmaatschappen tellen maar één keer mee. Het gaat in 2023 om 5,3 miljoen lidmaatschappen verdeeld over 21.700 verenigingen.

In Limburg en Zeeland veel gemeenten met laag aandeel sportbondleden

In Limburg en Zeeland liggen relatief veel gemeenten met een gemiddeld lager percentage sportbondleden dan in de rest van Nederland. Gemeenten met het laagste percentage zijn Vaals, Heerlen en Kerkrade. Verspreid over Nederland zijn gemeenten te vinden met een hoog percentage sportbondleden. Gemeenten met de hoogste percentages sportbondleden zijn: Bloemendaal, Laren en Rozendaal, alle drie meer dan 40%. 

Voor meer cijfers per gemeente naar leeftijdsgroepen en cijfers voor elk van de top 10 sportbonden klik op de kaart.

Bron: NOC*NSF

In het statistiekjaar 2020 werd de waarneming voor de Gezondheidsenquête verstoord door de coronacrisis. In een deel van het jaar was niet mogelijk om aan huis interviews af te nemen en kwam er dus alleen via internet respons binnen. Om hiermee om te kunnen gaan is het weegmodel van de Gezondheidsenquête aangepast voor het jaar 2020. Daarbij is gebruik gemaakt van tijdreeksmodellen om te kunnen corrigeren voor het wegvallen van een deel van de waarneming. Meer informatie hierover kunt u vinden in deze nota. Ook in 2021 had de waarneming voor de Gezondheidsenquête te kampen met verstoringen, als gevolg van corona(maatregelen). Daar is op dezelfde manier mee omgegaan als in 2020. Bij de interpretatie van de cijfers van 2020 en 2021 moet rekening worden gehouden dat de COVID-19-pandemie en de daarmee gepaard gaande maatregelen mogelijk invloed kunnen hebben gehad op het gedrag en de gezondheid van de geïnterviewde zelf.

Bron: Gezondheidsenquête/Leefstijlmonitor CBS Centraal Bureau voor de Statistiek (Centraal Bureau voor de Statistiek) en RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu).

Methode: In de Gezondheidsenquête/Leefstijlmonitor (GE/LSM) is uitgevraagd of de respondent lid is van een sportvereniging, een abonnement heeft bij een sportschool, dansschool of zwembad, of geen van beide. Iemand kan zowel lid zijn van een sportvereniging als een abonnement hebben om te sporten. Deze overlap is in alle meetjaren kleiner dan 5 procentpunt. Zie voor meer informatie de methodepagina van Clublidmaatschap. De GE/LSM is een te kleine dataset om clublidmaatchap per gemeente uit af te leiden. Het aandeel sportbondleden per gemeente wordt uit het Kennis Informatie Systeem Sport (KISS) gehaald (bronhouder: NOC*NSF Nederlands Olympisch Comité * Nederlandse Sport Federatie (Nederlands Olympisch Comité * Nederlandse Sport Federatie)). Zie voor meer informatie de methodepagina van het aantal leden van sportbonden

Wijziging bron: Tot medio 2025 was de bron voor Clublidmaatschap de CBS-Vrijetijdsomnibus (VTO). Deze bron is gewijzigd naar de GE/LSM naar aanleiding van de evaluatie van de Kernindicatoren in 2023/2024. Het percentage voor lid van een sportvereniging ligt op basis van de GE/LSM iets lager dan voor de VTO, maar de trend is vergelijkbaar. Daarom wordt deze wijziging niet beschouwd als trendbreuk. Voor de cijfers voor clublidmaatschap van 2012-2022 uit de VTO, zie archief.

Clublidmaatschap voor verschillende groepen in de bevolking

Geslacht

Sla de grafiek Lidmaatschap sportverenigingen naar geslacht 2016-2024* over en ga naar de datatabel

Mannen vaker lid dan vrouwen

In 2024 waren mannen vaker lid van een sportvereniging (27%) dan vrouwen (19%). Dit beeld komt overeen met de eerdere meetjaren. De trend voor zowel mannen als vrouwen is stabiel sinds 2016.

Leeftijd

Sla de grafiek Lidmaatschap sportverenigingen naar leeftijd 2016-2024* over en ga naar de datatabel

Kinderen en jongeren veel vaker lid

In 2024 was ongeveer de helft van de kinderen (4 t/m 11 jaar, 49%) en jongeren (12 t/m 17 jaar, 51%) lid van een sportvereniging. Voor volwassenen en ouderen (65 jaar en ouder) ligt dit percentage veel lager, respectievelijk 20% en 12%.

Voor kinderen, volwassenen en ouderen geldt dat het aandeel dat lid is van een sportvereniging tussen 2016 en 2024 stabiel is gebleven. In de groep jongeren steeg het aandeel met een clublidmaatschap naar 57% en daalde tot 2020 naar 48%. In 2024 is het aandeel clublidleden weer verglijkbaar met 2016.

Opleidingsniveau

Sla de grafiek Lidmaatschap sportverenigingen naar opleidingsniveau 2016-2024* over en ga naar de datatabel

Mensen met hbo- of wo-diploma vaker lid

In 2024 waren ruim twee keer zo veel mensen met een hbo- of wo-diploma lid van een sportvereniging (23%) dan mensen met een vmbo-diploma of vergelijkbaar (9%). De groep mensen met een havo, vwo of mbo opleiding viel hiertussen met 16%. Voor alle opleidingsgroepen is de trend over tijd min of meer stabiel.

Langdurige aandoening/beperking

Sla de grafiek Lidmaatschap sportverenigingen naar langdurige aandoening/beperking 2016-2024* over en ga naar de datatabel

Mensen met een aandoening en/of beperking zijn minder vaak lid

In 2024 was een kwart van de Nederlandse bevolking van 4 jaar en ouder zonder langdurige aandoening of beperking lid van een sportverenging (25%). Dit aandeel is lager voor mensen die wel een aandoening en/of beperking hebben (7-15%).

Voor de groep mensen met een lichamelijke beperking (motorisch, auditief of visueel) fluctueert de lijn tussen 2016 en 2024, maar de trend is sinds 2016 gelijk gebleven, net als voor de overige groepen. Deze fluctuatie komt door het lage aantal personen waarvoor gegevens over lidmaatschap is verzameld.

Type aandoening

Sla de grafiek Lidmaatschap sportverenigingen naar type aandoening 2024 over en ga naar de datatabel

Mensen met diabetes minst vaak lid van sportvereniging

In 2024 was 13% van de mensen met minimaal één langdurige aandoening lid van een sportvereniging. Onder mensen met diabetes zijn de minste leden (7%). Ook zijn onder mensen met een gewrichtsontsteking, COPD, een depressie of een rugaandoening weinig sportverenigingsleden (respectievelijk 9%, 9%, 10%, en 10%).

Zie onderstaand Excelbestand voor eerdere meetjaren (vanaf eind augustus 2025).

Aan respondenten is van een aantal veel voorkomende ziekten/aandoeningen gevraagd of ze deze recent (nu of in de afgelopen 12 maanden) hebben gehad. Daarnaast is van een aantal langdurige ziekten gevraagd of ze ooit in het leven zijn vastgesteld (hartinfarct, diabetes, beroerte).

Type beperking

Sla de grafiek Lidmaatschap sportverenigingen naar type lichamelijke beperking 2016-2024* over en ga naar de datatabel

Verglijkbaar aandeel sportverenigingsleden onder mensen met beperking

In 2024 was 7% van de mensen met een motorische beperking lid van een sportvereniging. Voor mensen met een auditieve beperking of een visuele beperking was dit aandeel 9%. Dit beeld komt overeen met de eerdere meetjaren. Door het lage aantal personen in deze groepen fluctueren de lijnen iets over de jaren heen, maar voor alle groepen geldt dat de trend tussen 2016 en 2024 gelijk is gebleven.

Ervaren gezondheid

Sla de grafiek Lidmaatschap sportverenigingen naar ervaren gezondheid 2024 over en ga naar de datatabel

Meer clubleden onder mensen met goede ervaren gezondheid

In 2024 waren mensen met een goede ervaren gezondheid ruim vijf keer zo vaak lid van een sportvereniging als mensen met een (zeer) slechte ervaren gezondheid. Het aandeel sportverenigingsleden stijgt naarmate de ervaren gezondheid beter is. Dit komt overeen met eerdere meetjaren.

Zie het onderstaande Excelbestand voor eerdere meetjaren.

Angst- en depressiegevoelens

Sla de grafiek Lidmaatschap sportverenigingen naar angst- en depressiegevoelens 2024 over en ga naar de datatabel

Mensen met angst-/depressiegevoelens minder vaak lid van sportvereniging

In 2024 was 16% van de mensen met angst- of depressiegevoelens lid van een sportvereniging. Voor mensen zonder deze gevoelens was dit 24%. 

In 2024 is de definitie van psychische gezondheid gewijzigd, waardoor niets kan worden gezegd over de trend in de afgelopen jaren.

Overig

Download de overige uitsplitsingen

Lidmaatschap van een sportvereniging, een abonnement om te sporten of geen van beide is ook uitgesplitst  naar:

  • Herkomst
  • Burgerlijke staat
  • Huishoudsamenstelling
  • Maatschappelijke arbeidspositie
  • Geaardheid
  • Mate van verstedelijking
  • Mate van overgewicht
  • Voldoen aan de Beweegrichtlijnen
  • Wekelijkse sporters

Deze cijfers zijn te vinden in het Excelbestand dat hieronder te downloaden is (vanaf eind augustus 2025).

In het statistiekjaar 2020 werd de waarneming voor de Gezondheidsenquête verstoord door de coronacrisis. In een deel van het jaar was niet mogelijk om aan huis interviews af te nemen en kwam er dus alleen via internet respons binnen. Om hiermee om te kunnen gaan is het weegmodel van de Gezondheidsenquête aangepast voor het jaar 2020. Daarbij is gebruik gemaakt van tijdreeksmodellen om te kunnen corrigeren voor het wegvallen van een deel van de waarneming. Meer informatie hierover kunt u vinden in deze nota. Ook in 2021 had de waarneming voor de Gezondheidsenquête te kampen met verstoringen, als gevolg van corona(maatregelen). Daar is op dezelfde manier mee omgegaan als in 2020. Bij de interpretatie van de cijfers van 2020 en 2021 moet rekening worden gehouden dat de COVID-19-pandemie en de daarmee gepaard gaande maatregelen mogelijk invloed kunnen hebben gehad op het gedrag en de gezondheid van de geïnterviewde zelf.

Abonnement om te sporten voor verschillende groepen in de bevolking

Geslacht

Sla de grafiek Abonnement om te sporten naar geslacht 2016-2024* over en ga naar de datatabel

Vrouwen iets vaker abonnement dan mannen

In 2024 had 26% van de vrouwen en meisjes en 23% van de mannen en jongens een abonnement om te sporten. Ook in de eerdere meetjaren hadden vrouwen vaker een abonnement om te sporten. De trend is in beide groepen sinds 2016 licht stijgend met een kleine dip in 2021 en 2022.

Leeftijd

Sla de grafiek Abonnement om te sporten naar leeftijd 2016-2024* over en ga naar de datatabel

Vaakst sportabonnement onder volwassenen

In 2024 had 30% van de volwassenen (18 t/m 64 jaar) een abonnement om te sporten. Dit is ruim twee keer zo veel als het aandeel 65-plussers (14%) en ruim drie keer zo veel als het aandeel kinderen (4 t/m 11 jaar) met een abonnement (10%).

Voor de volwassenen is tussen 2016 en 2024 een licht stijgende trend te zien. Voor jongeren en 65-plussers is de trend min of meer stabiel. In de groep 4 t/m 11 steeg tussen 2016 en 2020 het aandeel met een abonnement van 10% naar 18%. Sinds 2021 is clublidmaatschap onder kinderen weer op een vergelijkbaar niveau als in 2016.

Opleidingsniveau

Sla de grafiek Abonnement om te sporten naar opleidingsniveau 2016-2024* over en ga naar de datatabel

Vaker abonnement onder mensen met hbo- of wo-diploma

In 2024 hadden bijna drie keer zo veel mensen met een hbo- of wo-diploma een sportabonnement (34%) dan mensen met een vmbo-diploma of vergelijkbaar (12%). De groep mensen met een havo, vwo of mbo opleiding viel hiertussen met 23%.

Onder mensen met een middelbareschool- of mbo-diploma en mensen met een hbo- of wo-diploma is een licht stijgende trend te zien tussen 2016 en 2024. Voor mensen met ten hoogste een vmbo-diploma is de trend over tijd gelijk gebleven.

Langdurige aandoening/beperking

Sla de grafiek Abonnement om te sporten naar langdurige aandoening/beperking 2016-2024* over en ga naar de datatabel

Mensen met aandoening/beperking minder vaak abonnement

In 2024 had 10% van de mensen met een langdurige aandoening en een lichamelijke beperking een abonnement om te sporten, terwijl dit onder mensen zonder aandoening of beperking 29% was. Van de mensen met alleen een lichamelijke beperking had 17% een abonnement en van de mensen met alleen een langdurige aandoening had 24% een abonnement. Dit is in lijn met de cijfers uit eerdere meetjaren.

Tussen 2016 en 2024 is het aandeel personen met een abonnement onder mensen zonder een aandoening of beperking licht gestegen. Voor de overige categorieën is de trend sinds 2016 stabiel.

Type aandoening

Sla de grafiek Abonnement om te sporten naar type aandoening 2024 over en ga naar de datatabel

Mensen met beroerte of diabetes minst vaak abonnement voor sport

Van de mensen met minimaal één langdurige aandoening had 20% een abonnement om te sporten. Onder mensen die een beroerte hebben gehad, diabetes hebben of een hartaandoening hebben was dit aandeel het laagst, respectievelijk 12%, 12% en 13%.

Zie onderstaand Excelbestand voor eerdere meetjaren (volgt eind augustus 2025).

Aan respondenten is van een aantal veel voorkomende ziekten/aandoeningen gevraagd of ze deze recent (nu of in de afgelopen 12 maanden) hebben gehad. Daarnaast is van een aantal langdurige ziekten gevraagd of ze ooit in het leven zijn vastgesteld (hartinfarct, diabetes, beroerte).

Type beperking

Sla de grafiek Abonnement om te sporten naar type lichamelijke beperking 2016-2024* over en ga naar de datatabel

Geen verschil in aandeel mensen met abonnement per type beperking

Mensen met een motorische, auditieve of visuele beperking hadden in 2024 even vaak een abonnement om te sporten. Dit is vergelijkbaar meer eerdere meetjaren. Voor alle drie de groepen is de trend sinds 2016 min of meer stabiel.

Ervaren gezondheid

Sla de grafiek Abonnement om te sporten naar ervaren gezondheid 2024 over en ga naar de datatabel

Vaker sportabonnement onder mensen met een betere ervaren gezondheid

Onder mensen met een goede of zeer goede ervaren gezondheid had 27-29% een abonnement om te sporten. Voor mensen met een minder goede ervaren gezondheid ligt dit percentage lager ('gaat wel': 16%; '(zeer) slecht': 12%). Dit is vergelijkbaar met eerdere meetjaren.

Zie onderstaand Excelbestand voor eerdere meetjaren.

Angst- en depressiegevoelens

Sla de grafiek Abonnement om te sporten naar angst- en depressiegevoelens 2024 over en ga naar de datatabel

Mensen met of zonder angst- of depressiegevoelens even vaak abonnement

Mensen met angst- of depressiegevoelens hadden in 2024 even vaak een abonnement om te sporten als mensen zonder deze klachten (26%).

In 2024 is de definitie van psychische gezondheid gewijzigd, waardoor niets kan worden gezegd over de trend in de afgelopen jaren.

Overig

Download de overige uitsplitsingen

Lidmaatschap van een sportvereniging, een abonnement om te sporten of geen van beide is ook uitgesplitst  naar:

  • Herkomst
  • Burgerlijke staat
  • Huishoudsamenstelling
  • Maatschappelijke arbeidspositie
  • Geaardheid
  • Mate van verstedelijking
  • Mate van overgewicht
  • Voldoen aan de Beweegrichtlijnen
  • Wekelijkse sporters

Deze cijfers zijn te vinden in het Excelbestand dat hieronder te downloaden is (vanaf eind augustus 2025).

In het statistiekjaar 2020 werd de waarneming voor de Gezondheidsenquête verstoord door de coronacrisis. In een deel van het jaar was niet mogelijk om aan huis interviews af te nemen en kwam er dus alleen via internet respons binnen. Om hiermee om te kunnen gaan is het weegmodel van de Gezondheidsenquête aangepast voor het jaar 2020. Daarbij is gebruik gemaakt van tijdreeksmodellen om te kunnen corrigeren voor het wegvallen van een deel van de waarneming. Meer informatie hierover kunt u vinden in deze nota. Ook in 2021 had de waarneming voor de Gezondheidsenquête te kampen met verstoringen, als gevolg van corona(maatregelen). Daar is op dezelfde manier mee omgegaan als in 2020. Bij de interpretatie van de cijfers van 2020 en 2021 moet rekening worden gehouden dat de COVID-19-pandemie en de daarmee gepaard gaande maatregelen mogelijk invloed kunnen hebben gehad op het gedrag en de gezondheid van de geïnterviewde zelf.

Sportverband naar sport

Sportverband naar sport

Sla de grafiek Sportverband naar de 5 meest beoefende sporten^, 2023* over en ga naar de datatabel

Voetbal het vaakst in verenigingsverband

Mensen die voetballen doen dit met name als lid van een sportvereniging, terwijl fitnessen en zwemmen vaker worden gedaan met een abonnement. Personen die hardlopen of wandelen doen dit meestal zonder een lidmaatschap bij een verenging of een abonnement. 

* De bron van sportverband per sport is de Aanvullende module Bewegen en Ongevallen van de Leefstijlmonitor (LSM-A Bewegen en Ongevallen), RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu) en VeiligheidNL in samenwerking met CBS Centraal Bureau voor de Statistiek (Centraal Bureau voor de Statistiek), 2023

^ De top 5 meest beoefende sporten zijn bepaald op basis van de gegevens uit de Gezondheidsenquête/Leefstijlmonitor van het betreffende jaar. Zie voor het sportverband bij de 10 meest beoefende sporten onderstaand Excelbestand.

Vergelijking met andere kernindicatoren

Beweegrichtlijnen

Sla de grafiek Sportverband naar wel/niet voldoen aan de Beweegrichtlijnen 2024 over en ga naar de datatabel

Mensen die voldoen aan de Beweegrichtlijnen zijn vaker lid van een sportvereniging

In 2024 waren mensen die voldoen aan de Beweegrichtlijnen vaker lid van een sportvereniging dan mensen die niet aan de richtlijnen voldoen. Ook hebben zijn vaker een abonnement om te sporten.

Wekelijks sporten

Sla de grafiek Sportverband naar wekelijkse sporters 2024 over en ga naar de datatabel

Bijna twee vijfde van de wekelijks sporters is lid van sportvereniging

In 2022 was 38% van de wekelijkse sporters lid van een sportvereniging en 40% had een abonnement om te sporten. Dit percentage ligt logischerwijs hoger dan voor mensen die niet wekelijks sporten (respectievelijk 3% en 4%).

Internationale vergelijking

Internationale vergelijking

Nederland heeft het hoogste aandeel leden bij sportclubs

Om een internationale vergelijking te kunnen maken is gebruik gemaakt van gegevens uit de Eurobarometer 2022. Hieruit blijkt dat gemiddeld 12% van de inwoners van de EU Europese unie (Europese unie)-landen lid is van een sportclub. In dit onderzoek gaf 22% van de Nederlanders aan lid te zijn, het hoogste percentage binnen Europa. Volgens de Eurobarometer is 'het verbeteren van gezondheid' in de meeste EU-landen de voornaamste reden om te sporten. Nederland is het enige land waar 'het hebben van plezier tijdens sport' ook als één van de belangrijke factoren wordt gezien door de meerderheid van de bevraagde personen (52%).

De Eurobarometer is een onderzoeksproject van de Europese Commissie. Het betreft een grote publieke opiniepeiling die in Nederland wordt uitgevoerd door TNS NIPO. Gegevens over sporten en lichamelijke activiteit zijn ook in 2002, 2009, 2013 en 2017 verzameld.

In de Eurobarometer is één vraag opgenomen over clublidmaatschap. Deze luidt: "Bent u lid van een van de volgende clubs, waar u deelneemt aan sport- en/of beweegactiviteiten?". Deze vraag bevat 5 antwoordcategorieën: 'Gezondheids- of fitnesscentrum', 'Sportvereniging', 'Sociaal-culturele vereniging, waar o.a. aan sport wordt gedaan', 'Anders', 'Geen lid van een club'. Deelnemers konden meerdere antwoorden invullen.

Top 5 Europa

Sla de grafiek Top 5 Europa - Clublidmaatschap per type sportclub, 2022 over en ga naar de datatabel

Helft van de Nederlanders is lid van een sportclub

Uit de data van de Eurobarometer blijkt dat 50% van de ondervraagde Nederlanders lid is van minstens 1 sportclub. Hiermee staat Nederland Europees gezien op een tweede plek, achter Zweden (51%). Wanneer gekeken wordt naar lidmaatschap van sport-specifieke verenigingen, is Nederland koploper (22%). Het Europese gemiddelde ligt daarbij op 12%.

Beleid

Nationaal sport- en beweegbeleid 

Op 1 april 2023 is het Sportakkoord II van start gegaan. Dit akkoord loopt tot en met eind 2026. De strategische partners van het sportakkoord (het ministerie van VWS Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport), de Vereniging Sport en Gemeenten/Vereniging van Nederlandse Gemeenten, NOC*NSF Nederlands Olympisch Comité * Nederlandse Sport Federatie (Nederlands Olympisch Comité * Nederlandse Sport Federatie) en de Platform Ondernemende Sportaanbieders (POS)) hebben drie ambities geformuleerd: het fundament op orde, een groter bereik en meer (zichtbare) betekenis. De strategieën die hiervoor zijn opgesteld zijn ondergebracht onder zes thema’s:

  • Inclusie en diversiteit
  • Vaardig in bewegen
  • Sociaal veilige sport
  • Ruimte voor sport en bewegen
  • Vitale sportaanbieders
  • Maatschappelijke waarde van topsport

De Kernindicator Clublidmaatschap wordt gebruikt voor de monitoring van het Sportakkoord II binnen de thema's Inclusie en diversiteit (door de indicatoren uit te splitsen naar doelgroepen, kan in beeld worden gebracht hoe het sport- en beweeggedrag is in verschillende groepen in Nederland) en Vaardig in bewegen (sport- en beweeggedrag van kinderen en jongeren).

Meer informatie

  • Lees meer over de waarden en effecten van clublidmaatschappen
  • De Nederlandse Sportraad heeft een rapport laten opstellen over de huidige staat van de sportbranche in Nederland en de ontwikkelingen van de afgelopen tien jaar (2019). Dit Brancherapport Sport is hier te downloaden.

M.S. van Mourik-Boelema (RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu))

M. Duijvestijn (RIVM)