Nota Sportbeoefening door Gehandicapten (1981)

Nota Sportbeoefening door Gehandicapten (1981)

Uitgevende instelling(en) (Ministerie(s)):

Ministerie van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk (CRM)

Referentie

CRM (1981). Sportbeoefening door Gehandicapten. Rijswijk: ministerie van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk. Dossiernummer 16709.

Web-link

Nota 

Kamerstuk Tweede Kamer 1980-1981, kamerstuknummer 16709, ondernummer 2. 

http://resolver.kb.nl/resolve?urn=sgd%3Ampeg21%3A19801981%3A0007168

Begeleidende brief 

Kamerstuk Tweede Kamer 1980-1981, kamerstuknummer 16709, ondernummer 1. 

http://resolver.kb.nl/resolve?urn=sgd%3Ampeg21%3A19801981%3A0007167

Voortgangsnotitie: 

http://resolver.kb.nl/resolve?urn=sgd%3Ampeg21%3A19861987%3A0002197

Brief: 

Kamerstuk Tweede Kamer 1982-1983, kamerstuknummer 16709, ondernummer 8. 

https://repository.overheid.nl/frbr/sgd/19821983/0000143183/1/pdf/SGD_19821983_0002392.pdf

Brief: 

Kamerstuk Tweede Kamer 1982-1983, kamerstuknummer 16709, ondernummer 9. 

https://repository.overheid.nl/frbr/sgd/19861987/0000107972/1/pdf/SGD_19861987_0002035.pdf

Brief: 

Kamerstuk Tweede Kamer 1982-1983, kamerstuknummer 16709, ondernummer 11. 

https://repository.overheid.nl/frbr/sgd/19871988/0000099608/1/pdf/SGD_19871988_0001816.pdf

Korte omschrijving/doelstelling

De doelstelling van het beleid inzake de sportbeoefening door gehandicapten is in deze nota omschreven als “Het bevorderen dat gehandicapten - naar eigen keuze en overeenkomstig eigen aanleg - op verantwoorde wijze sport kunnen beoefenen dan wel daarbij op andere wijze betrokken kunnen zijn.” Met betrekking tot dit hoofdaspect van het beleid inzake de deelneming aan sportactiviteiten kunnen de volgende doelstellingen worden geformuleerd:

- Informatie, voorlichting en overige factoren

Ten aanzien van informatie en voorlichting geldt de doelstelling “het bevorderen, dat informatie wordt verstrekt en voorlichting gegeven aan gehandicapten en niet-gehandicapten over de mogelijkheden van, vereisten voor en effecten van sportbeoefening door gehandicapten, waarbij rekening wordt gehouden met de soort handicap”.

Ten aanzien van overige factoren in de leefsituatie van gehandicapten dan betrekking hebbend op het geïnformeerd zijn is de volgende doelstelling richtinggevend voor het beleid “het bevorderen, dat overige factoren in de leefsituatie van gehandicapten, die als een belemmering kunnen worden gezien om aan sportactiviteiten deel te nemen tot een minimum worden beperkt”.

- De voorzieningen

De met betrekking tot de voorzieningen te formuleren doelstellingen hebben betrekking op de organisatorische voorzieningen, leiding en begeleiding en ruimtelijke voorzieningen. Met betrekking tot de organisatorische voorzieningen in de sport is de doelstelling “het bevorderen van de aanwezigheid dan wel de totstandkoming van een zodanig patroon van zowel gehandicapten- als niet-gehandicaptenorganisaties op landelijk, regionaal en lokaal niveau, dat de gehandicapten op grond van de eigen behoeften, wensen en mogelijkheden sport kunnen beoefenen”.

Met betrekking tot het aspect van leiding en begeleiding bij sport is de doelstelling “het bevorderen van de aanwezigheid van voldoende sporttechnische, bestuurlijke, sportmedische en wedstrijd/organisatorische leiding en begeleiding bij sport, in eerste instantie bestaande uit vrijwilligers, die waar nodig in hun werkzaamheden worden ondersteund door beroeps-sporttechnische functionarissen”.

De doelstelling van het beleid ten aanzien van de ruimtelijke voorzieningen is “het bevorderen van de aanwezigheid dan wel totstandkoming van een net ruimtelijke voorzieningen, dat voldoende toegankelijk en beschikbaar is voor gehandicapten en waarvan de vormgeving en inrichting zijn afgestemd op de beoefening van wedstrijd- en topsport en/of op de beoefening van sportieve recreatie”.

 

Notitie Accenten Sportbeleid (1984)

Notitie Accenten Sportbeleid (1984)

Uitgevende instelling(en) (Ministerie(s))

Ministerie van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur (WVC)

Referentie

WVC (1984). Notitie Accenten Sportbeleid. Rijswijk: ministerie van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur. Dossiernummer 18039.

Web-link

Notitie

Kamerstuk Tweede Kamer 1983-1984, kamerstuknummer 18039, ondernummer 3.

http://resolver.kb.nl/resolve?urn=sgd%3Ampeg21%3A19831984%3A0004327

Begeleidende brief

Kamerstuk Tweede Kamer 1983-1984, kamerstuknummer 18039, ondernummer 2.

http://resolver.kb.nl/resolve?urn=sgd%3Ampeg21%3A19831984%3A0004326

Brief: 

Kamerstuk Tweede Kamer 1983-1984, kamerstuknummer 18039, ondernummer 6.

https://repository.overheid.nl/frbr/sgd/19831984/0000135845/1/pdf/SGD_19831984_0004180.pdf

Brief: 

Kamerstuk Tweede Kamer 1984-1985, kamerstuknummer 18039, ondernummer 8.

https://repository.overheid.nl/frbr/sgd/19841985/0000125509/1/pdf/SGD_19841985_0003296.pdf

Brief: 

Kamerstuk Tweede Kamer 1986-1987, kamerstuknummer 18039, ondernummer 9.

https://repository.overheid.nl/frbr/sgd/19861987/0000108227/1/pdf/SGD_19861987_0002279.pdf

Korte omschrijving/doelstelling

Sinds de Nota Sportbeleid hebben zich verschillende maatschappelijke ontwikkelingen voorgedaan die in de naaste toekomst voor het sportbeleid van belang zijn. Door de veranderde plaats en waarde van de sportbeoefening zal op vier terreinen een eigentijds accent worden gelegd:

A. Een accent op het stimuleren van blijvende sportbeoefening o.a. uit een oogpunt van het bevorderen van een gezonde leefstijl;

Drie zaken vragen hier in het bijzonder de aandacht: 1. Het aanbod en de bereikbaarheid van mogelijkheden tot sportbeoefening. 2. De plaats en de functie van de georganiseerde sport. 3. De beslissingen, die op korte termijn moeten worden genomen met het oog op de toekomst.

B. Een accent op het in stand houden van de kwaliteit van de sportbeoefening o.a. uit gezondheidsoverwegingen;

Met het oog op eisen van kwaliteit en grenzen daarvan komen achtereenvolgens aan de orde: 1. Sport en gezondheid. 2. De veiligheid van en rondom sportbeoefening. 3. De vrijwilligersopleidingen. 4. Het proces van (pseudo)professionalisering. 5. De positie van de topsporters.

C. Een accent op de plaats van de sport in de internationale samenwerking.

D. Een accent op de beleidsafstemming.

 

Nota Sport en Minderheden (1985)

Nota Sport en Minderheden (1985)

Uitgevende instelling(en) (Ministerie(s))

Ministerie van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur (WVC)

Referentie

WVC (1985). Sport en Minderheden. Rijswijk: ministerie van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur. Dossiernummer 18857.

Web-link

Nota

Kamerstuk Tweede Kamer 1984-1985, kamerstuknummer 18857, ondernummer 2.

http://resolver.kb.nl/resolve?urn=sgd%3Ampeg21%3A19841985%3A0008058

Begeleidende brief: 

Kamerstuk Tweede Kamer 1984-1985, kamerstuknummer 18857, ondernummer 1.

http://resolver.kb.nl/resolve?urn=sgd%3Ampeg21%3A19841985%3A0008057

Korte omschrijving/doelstelling

In het beleid van de rijksoverheid wordt ervan uitgegaan dat sportbeoefening voor ieder die dat wenst mogelijk moet zijn. Vertaald naar het sportbeleid voor minderheden betekent dit dat is gekozen voor een tweesporenbeleid:

1. De openstelling en toegankelijkheid van algemene voorzieningen in de sport voor minderheden zal worden bevorderd.

2. Om een gelijkwaardige plaats te realiseren en volwaardige ontplooiingskansen te bieden zullen specifieke voorzieningen op het gebied van de sport en eigen organisatiestructuren vooral op lokaal niveau tot stand kunnen komen.

Bij de maatregelen die de rijksoverheid in het kader van de landelijke taken op het gebied van sport en minderheden ten uitvoer wil brengen staan een drietal kernpunten centraal:

A. Promotieprogramma

Kleinschalige, lokale en landelijke promotie activiteiten gericht op zowel minderheidsgroepen als de meerderheid van de bevolking.

B. Openstelling en ondersteuning van bestaande en categoriale voorzieningen

Ondersteuningsmogelijkheden in de vorm van landelijke consulenten, subsidiëring van lokale initiatieven, ontwikkelingsprojecten, experimenten, e.d. zullen worden gecreëerd.

C. Stimulering van vrijwilligersinbreng

De participatie van minderheden aan algemene en de ontwikkeling van specifieke opleidingen zal ter hand worden genomen. In reguliere opleidingen zal aandacht worden geschonken aan de problematiek op het gebied van sport en minderheden.

 

WVC Nota Sportmedische begeleiding en Sportgezondheidszorg (1987)

WVC Nota Sportmedische begeleiding en Sportgezondheidszorg (1987)

Uitgevende instelling(en) (Ministerie(s))

Ministerie van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur (WVC)

Referentie

WVC (1987). Sportmedische begeleiding en Sportgezondheidszorg. Rijswijk: ministerie van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur. Dossiernummer 19854.

Web-link

Nota:

Kamerstuk Tweede Kamer 1986-1987, kamerstuknummer 19851, ondernummer 2.

http://resolver.kb.nl/resolve?urn=sgd%3Ampeg21%3A19861987%3A0006663

Begeleidende brief:

Kamerstuk Tweede Kamer 1986-1987, kamerstuknummer 19851, ondernummer 1.

http://resolver.kb.nl/resolve?urn=sgd%3Ampeg21%3A19861987%3A0006662

Brief:

Kamerstuk Tweede Kamer 1986-1987, kamerstuknummer 19851, ondernummer 3.

https://repository.overheid.nl/frbr/sgd/19861987/0000112439/1/pdf/SGD_19861987_0006361.pdf

Korte omschrijving/doelstelling

Deze nota bevat een beleidsplan dat is gericht op het realiseren van een samenhangende structuur waarin met name de preventieve medische functies voor sportbeoefenaren optimaal kunnen worden vervuld. Primair gaat de aandacht uit naar het terugdringen van het maatschappelijke probleem van de sportblessures. Minder in het oog springende gezondheidsproblemen bij sportbeoefening - zoals migraine, last van voorhoofdsholten, buikkramp e.d. - behoren echter nadrukkelijk tot het onderhavige beleidsterrein. Dat geldt eveneens voor de aanpak van het dopingprobleem, om te voorkomen worden dat doping in de sport een vergelijkbaar probleem wordt met het drugprobleem in de samenleving.

Uitgaande van een gedifferentieerde sportsituatie en rekening houdend met een zich doorzettende individualiseringstendens in de sport, wordt gestreefd naar een structurele opzet van de preventieve sportmedische zorg en begeleiding die voldoet aan de eis van algemene bereikbaarheid en toegankelijkheid, samenhang tussen en voldoende kwaliteit van de voorzieningen, en die ruimte biedt aan de eigen verantwoordelijkheid van de (potentiële) sportbeoefenaar. De hoofdlijnen van een dergelijke sportmedische structuur zijn: 

a. een wijd vertakt sportmedisch voorlichtingssysteem, met mogelijkheden voor tak van sport gerichte informatie;

b. algemene voorzieningen van gezondheidszorg, die sportmedische deskundigheid bezitten en waarvan sommige op dit vlak een coördinerende rol vervullen;

c. een georganiseerde sport met eigen voorzieningen voor sportmedische preventie.

De rijksoverheid heeft hierbij een voorwaardenscheppende taak en deelt zijn verantwoordelijkheden met de lagere overheden - met name ten aanzien van ongeorganiseerde sportbeoefenaren - en met de landelijke sportorganisaties, met het oog op de georganiseerde sporter.